16 "Het meisje in kwestie kan hier alle dagen komen - mits het gebracht worde. Woensdag of Zaterdag a. s. kan ik het uit Amsterdam laten halen; wanneer het gebracht worde bij Mevr. de Wed. Dr. B. J. Tideman, Heerengracht over de Warmoesgracht no. 190. - Dan zal mijn dochter daar zijn om haar verder te begeleiden". Naar Scheveningen In een brief van 14 maart 1887 vermeldt de heer Schelte- ma:"Wat Maartje Bos betreft, die treedt met 1 April bij Mevrouw Hoogenraad te Scheveningen in dienst die haar niet voor die tijd kon afwachten. Mijne vrouw leerde haar nog het een en ander, zooals stijven en strijken en tafel- bedienen en kocht enkele kleeding stukken voor haar, om in een burgerdienst genoeg te hebben". Het lijstje van Maartjes uitzet vermeldt: "Maartje Bos ging hier 1 April 1887 vandaan naar Scheveningen met 6 hemden waarvan 4 nieuwe ad f 2,60 4 borstrokken waar onder 2 nieuwe ad f 1, 60; 1 corchet ad f 1 25; 6 broeken waaronder 4 nieuwe ad f 3, 80; 4 p kousen waaronder 2 nieuwe ad f 2,20; 6 zakd waaronder 3 nieuwe ad -. 60; 6 rokken waaronder 2 nieuwe ad f 73 jurken allen nieuw 2 katoenen en 1 wollen met maakloon f 24,40; 1 mantel f 8; 2 hoeden waaronder 1 nieuw ad f 2,50; 12 schorten 8 nieuwe hiervoor en voor mutsjes nam zij mee f 6; 2 paar schoenen waaronder 1 nieuw f 2,75; 1 p pantoffels f 2,50." Zeer sleets. Dit lijstje zond de heer Scheltema op 25 oktober van het zelfde jaar als "bewijsstuk" naar de "Heeren Regenten van het Gem. Wees- en Armenhuis te de Rijp" met in het begeleidend schrijven o. m. de opmerking: "Gij kunt zien dat zij hier niet met weinig en vooral met oude kleederen vandaan is gegaan. De hemden en broeken werden door de moeder (van het weeshuis. -CB) van nieuwe stukken keper en katoen en vrij groot geknipt, dus dat zij nu na een half jaar al zoo klein zouden zijn kan ik niet gelooven". De zaak was dan ook dat Maartje zeer sleets bleek te zijn. Scheltema vervolgt: "Bij mijn laatste bezoek bij Mevr. Hoogenraad klaagde deze dame zeer over de slordigheid van Maartje, het ver- waarloozen van haar kleeding en het onwaarheid spreken. "Ik had zoo gehoopt", zeide zij mij,"dat Maartje bij mij

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1989 | | pagina 18