Veefonds
Daar er in De Rijp geen veefonds was (assurantie tegen veesterfte), waren
sommige boeren lid van het Grafter Veefonds. Dit was een"onderlinge verzeke
ringsclub. De Rijper Thijs ten Wolde, van de Noorder straat, maakte in 1918
deel uit van het bestuur. Verder waren uit De Rijp lid G. Boots, Dirk en Hein
Oortwijn, Jb. van Straaten, Jan ten Wolde, C. Blokdijk, C. Buiten en in 1919 ook
Siebrands, Evert Boots, H. en G. Vredevoort. In 1918 bedroeg de omslag per
koe f4,19. Was een koe dermate ziek dat ze naar de noodslager moest, of was
ze dood gegaan, dan nam het veefonds het dier, c. q. het kadaver over voor f 175.
In 1919 bedroeg de omslag 3,61. 1920 daarentegen was een duur jaar voor het
fonds (er waren blijkbaar veel koeien dood gegaan). De omslag bedroeg toen f 7,38.
Gesteld kan worden dat alleen de kleinere boeren lid waren van het veefonds.
Zij immers konden moeilijker de schade van dood vee alleen dragen. In 1921
werd een extra vergadering gehouden, in verband met de scherpe daling van de
veeprijzen. De overnameprijs werd toen bepaald op f 125 voor een koe en f 50
voor een pink.
Veeziekten
In de jaren 1918 tot 1928 kwam mond- en klauwzeer onder het vee tamelijk
veelvuldig voor in ons land. De Rijp zal hierop geen uitzo-ndering hebben gemaakt.
Om een indruk te geven enkele landelijke cijfers: in 1918 3537 stallen besmet;
in 1919 31. 633; 1920 - 53.079; 1921 - 709; 1922 - 325; 1923 - 9203; 1924 -
88. 423; 1925 - 30. 936; 1926 - 62. 756; 1927 - 649; 1928 - 19. 996.
Voorts waren ook miltvuur en - bij de schapen - rotkreupel en schurft veel
voorkomende handicaps in de uitoefening van de veehouderij. Noodslagers of
"krengenslagers" zoals ze in de wandeling worden genoemd, waren er in De Rijp
in ruime mate. In 1922 noteerde men als zodanig J. Hottentot Lieveland 323,
S. Hoek Vlaander 301, J. Hop Westeinde 225, P. Hop en P. Hottentot Kerkesteeg
247 en 249, P. Bakker Rechtestraat 24 en J. Hop Venbuurt 287 (de huisnummering
in De Rijp liep destijds door van de ene straat in de andere, vandaar de hoge
nummers).
De Waag
In het raadhuis van De Rijp is vanouds de gelegenheid ("De Waag") diverse
dingen te wegen. Dat gebeerde in 1916 nog met een aantal varkens, geleverd door
de Grafter veehouder Jan Blaauw en bestemd voor de Rijper slagers J. Knegt en
J. Zwart Het waren er totaal 43.
Van 1917 tot en met 1919 wordt niets gewogen in De Waag, maar in 1920 wordt
weer een aantal varkens gewogen. Nu ook voor de slagers C. van Manen ei J.
Deckwitz. In 1922 wordt er een partij wol, van 9 vachten, tesamen 41 kg, gewo
gen van Willem Schermer en 14 vachten van Jan ten Wolde. De wol werd gekocht
door M. van Tiel. In 1923 en '24 weer een aantal varkens en enkele partijen wol.
In 1925 worden er enkele partijen kaas gewogen, geleverd door veehouder P. Mul
uit Graft en bestemd voor kruidenier Kaptein. Het ging om totaal circa 500 kg.
Het wegen geschiedde enige keren door gemeentewerkman Jb. Berkhout, maar
het waaggeld werd steeds geïncasseerd door gemeente-ontvanger A. Roelofs.
De LTB
De 10e oktober 1917 werd in De Rijp een afdeling opgericht van dê"R7K. Land
en Tuinbouw Bond, welke werd gewijd aan de Heilige Bonifacius. Er waren met
een 60 leden. Een jaar later zijn het er 73. Het bestuur was zeer actief, want in
het eerste jaar werden maar liefst 14 bestuursvergaderingen gehouden en 6 alge
mene vergaderingen. De afdeling wilde onder andere dat voor de verplichte
graanlevering zakken beschikbaar worden gesteld.
In het eerste jaar wordt tevens een pakhuis aangekocht en er wordt een cursus
landbouwboekhouden gegeven, welke door 27 personen "met vrucht" wordt gevolgd.
De afdeling richtte ook een vereniging "Helpt Elkander" op, waarvan 30 perso
nen meteen lid werden. Voorzitter Jb. Heinis uit Graft werd gekozen in het be
stuur van de Afslagvereniging "BeemsterPurmerend en Omstreken". Ook be-