voorwerpen door ze in een museum op te bergen
hoe belangrijk op zich ook,is definitief voorbij.
Wij zijn onze voorgangers museumbestuurders en
-beheerders dankbaar voor wat ze allemaal voor
elkaar gekregen hebben, maar van ons en van toe
komstige generaties wordt ook verwacht dat wij
minstens zo veel tijd en aandacht zullen besteden
aan het op schrift stellen van het verhaal om
de voorwerpen heen, het beschrijven van foto's,
prentbriefkaarten, tekeningen etc. en het toegan
kelijk maken van de verzameling. Om een goed
beeld te krijgen van het verleden dienen we ons
daarbij niet te beperken tot deze toch min of
meer toevallig samengestelde museumcollectie.
Een bredere aanpak ligt voor de hand: een rede
lijk compleet beeld van bijvoorbeeld bodemvond
sten is alleen maar mogelijk als we ook over
beschrijvingen kunnen beschikken van de belang
rijkste, zich buiten het museum bevindende verza
melingen. Het museum zou derhalve het beschrijven
van particuliere verzamelingen kunnen stimuleren,
bijvoorbeeld door het beschikbaar stellen van
inventarisatiemateriaal en haar eigen kennis
en ervaring op dit gebied.
Naar een museum voor het Schermereiland
In 1937 werd het Oudheidkundig Genootschap de
Rijp opgericht. Bij de oprichting van de Oudheid
kundige Vereniging werd aan de naam toegevoegd
'Graft-De Rijp'. In de statuten van de vereniging
staat al wel als doel vermeld 'de belangstelling
voor en de studie van de geschiedenis van het
Schermereiland e.o. te stimuleren'! Nu het museum
zich bezint op een koers voor de komende jaren,
lijkt het een logische keuze om een museum te
worden van en voor het hele Schermereiland: een
historisch en geografische eenheid, eens een