architect Cornelis de Jong aangetrokken, die
met smaak en deskundigheid de inrichting
verzorgde
Op vrijdag 17 juni 1960 was het zover dat het
museum officieel geopend kon worden. Deze opening
werd voorafgegaan door een drukke receptie in
het "Stadhuis van Amsterdam". In de pers werd
uitvoerig en met waardering aandacht besteed
aan de nieuw start in het Houten Huis.
Om de inrichting te bekostigen was een lening
afgesloten, zodat nu alle financiële zeilen
moesten worden bijgezet, reden genoeg om de en
treeprijs en het donatietarief grondig te her
zien. Veel nieuwe donateurs werden ingeschreven.
Van 28 x f 1,00 in 1960 sprongen we naar 61 x
f 10,in 1961, maar ook daarmee was de exploita
tie niet rond te krijgen. De behoefte aan over
heidssubsidie deed zich dringend gevoelen. Het
gemeentebestuur werkte dadelijk mee, maar in
Den Haag ging dat minder vlot. In 1960 kregen
we nul op het rekest; men ging er van uit dat
zulke kleine musea eerst maar eens hun
bestaansmogelijkheid moesten bewijzen. Dat is
dan kennelijk vlug gegaan, want in 1962 werd
f 3.000,toegewezen. De tweede start van het
Rijper Museum zag er veelbelovend uit.
50 Jaar Rijper Museum
Onder deze titel zal ik proberen het restant
van de halve eeuw museumgeschiedenis samen te
vatten. Anderen zullen in deze Chronyke afzonder
lijke episoden of aparte facetten belichten.
Op 16 maart 1962 werd het genootschap een stich
ting met rechtspersoonlijkheid. Tevens werd het
bestuur uitgebreid. Het gebouw werd eigendom
van de gemeente; voor penningmeester Appel bete
kende dit een pak van zijn hart, omdat de V.V.V.
- 9 -
