de gereformeerde predikanten van De Rijp naar
grotere plaatsen. Daaruit mag blijken dat men
zich in De Rijp steeds predikanten kiest die
blijk geven van begaafd redenaarschapOok in het
classicaal bestuur werd dat blijkbaar zo gezien.
Toen op zeker moment een student te Graft als
predikant werd beroepen, vond men dat hij eigen
lijk niet aan de eisen voldeed. Hij moest zijn
preek overdoen, waarbij van de zijde van de
classis gesteld werd of dit nu wel een goede
predikant was "voor een zo treffelijke kerk als
te Graft".
Gereformeerde ouderlingen en diakenen werden
benoemd uit de sociale elite: zij bekleedden ook
functies in het openbare leven, zoals die van
schepenen. De gereformeerde kerkeraad houdt zich
/ooral bezig met kerkelijke tucht. Daarbij blijkt
dat men in Graft veel geduld had, doordat de
ouderlingen soms jarenlang de "onverbeterlijken"
steeds weer bezochten. Mogelijk is de beschouwende
invloed van de 17e eeuwse dopersen hierin merk
baar
Niet meer gooien
Liesbeth Geudeker komt in haar scriptie tot de
conclusie dat er ook anderzins sprake is van een
vooruitgang in beschaving, namelijk daar waar het
de instructie van de schoolmeester betreft, in
Graft. Anno 1622 maakt die instructie er nog ge
wag van dat de schoolmeester onder andere geen
boeken naar de kinderen mag gooien "zoals voor
dien". De instructie van 1639 bevat eveneens die
bepaling, maar dan zonder de toevoeging "als
voorzien" en in de herziene instructie van 1653
is het hele artikel niet meer opgenomen.
Er blijkt voorts dat men bij het aannemen van
nieuwe lidmaten meer onderzoek verrichtte naar
de levenswandel van de kandidaten dan naar hun
bijbelse kennis. Ook de doopsgezinde leraren
Dooregeest en Posjager schrijven dat de gerefor
meerden "goede lieden" waren. De doopsgezinden
en gereformeerden leefden op het Schermerei1 and
6
L