Retourtje Graft-Amersfoort
270 jaar geleden
12
We schrijven het jaar 1716. In het Noordholiandse
dorp Graft woont de weduwe Grietie Dirckx met haar
drie onmondige dochters Jacomijn, Trijntje en Aagte.
Haar man. Pieter van Lang, is enige jaren geleden
overleden; Grietie en haar dochters zijn in armelijke
omstandigheden achtergebleven.
Maar er is een lichtpuntje.' Een suikertante.'
In Amersfoort, woont Anna van Lang, de eus ter van
Pieter van Lang en dus de tante van Jacomijn. Trijntje
en Aagte.
Anna van Lang overlijdt in 1716 en zij blijkt een testa
ment te hebben gemaakt ten gunste van haar neefjes en
nichtjes. Zelf had zij geen kinderen en met haar echtge
noot heeft ze het naar alle waarschijnlijkheid niet zo
best kunnen vinden want hij wordt in het testament
overge slagen.
De drie halfweesjes in Graft, Jacomijn Trijntje en
Aagte, zijn in afwachting van de dingen die gaan gebeu
ren. De weduwnaar van Anna van Lang echter de heer
Henricus Schothor st, probeert onder de bepalingen van
het testament uit te komen. Hij voelt er bitter weinig
voor de helft van al wat hij en zijn vrouw bezaten, te
gelde te maken en aan een paar onbekende nichtjes in
Graft uit te betalen. Zijn plannen mislukken.
In die tijd werden de belangen van de wezen en de half
wezen in Holland beschermd door de weesmeesters,
verenigd in het instituut "De Weeskamer", van de plaats
waar deze wezen en halfwezen woonachtig zijn.
Onwillige weduwnaar
Nadat de weesmeesters van Graft bericht hebben ont
vangen dat Anna van Lang in Amersfoort is overleden,
dat drie halfwezen die onder hun toezicht vallen recht heb
ben op een deel van de erfenis, maar dat de uitbetaling
gevaar loopt door de onwillige weduwnaar, komen de
weesmeesters in vergadering bijeen.
Hoewel het niet niets is, van Graft naar Amersfoort te
reizen, wordt de zaak dermate belangrijk gevonden dat