huidige Gereformeerde Kerk tot gevolg had
Waterlands-doopsgezinden vormden één van de ane
indertijd bestaande doperse groeperingenhet was
de meest "rekkelijke". De Friese doopsgezinde ge
meenten waren rechtzinnig en de Vlaams-doperse ge
meenten zaten er zo'n beetje tussen in.)
C. Booy
Een dominee voor
de Rijper gereformeerden
Wie een geschiedenis van de gereformeerden van De
Rijp wil schrijven, moet natuurlijk beginnen in de 1 6e
eeuw. In deze beginjaren van het protestantisme in
De Rijp speelden echter ook de doopsgezinden een be
langrijke rol.
Volgens Van Dooregeest en Posjager waren zij het.
die rond 1572 de eerste protestantse dienst in de kerk
van De Rijp hielden. Al snel moesten deze doopsgezin
den de kerk afstaan aan de gereformeerden. Het zou
echter tot 1622 duren voordat de gereformeerde kerk
van De Rijp een eigen predikant zou krijgen.
Tot 1622 werden de gereformeerden van Graft (en
Graftdijk en het Noordeinde) en De Rijp namelijk be
diend door één predikant. Van 1591 af was dat Wouter
Adriaensz. Bekend is dat hij gewoonlijk in ieder geval
op zondagochtend in Graft preekte en 's middags in De
Rijp. Gegevens over meer diensten ontbreken.
In 1607, toen De Rijp een zelfstandige gemeente werd,
door zich van Graft los te maken, was er dus nog geen
kerkelijk scheiding doorgevoerd. Wel was ten aanzien
van de kerk besloten dat de kerkelijke goederen in het
bezit van Graft zouden blijven. Met de inkomsten daar
uit kon men de kerk en de predikant onderhouden.
De Rijp, dat zelf zijn eigen kerk en school moest onder
houden, kreeg slechts eenderde van de armengoederen.
Ook moest De Rijp nog 50 carolusguldens per jaar bij
dragen voor het onderhoud van de gemeenschappelijke
predikant.