zijn geweest, die daar in de 16e eeuw heeft gestaan. Op de kavelkaart van de Schermer, van Claes JanszVisscheruit 1635, komt in het dorp geen molen voor. Op de kavel- kaart van mr Pieter Wils, van 25 oktober 1635 ook niet Op de eerstgenoemde kaart staat, zeer on duidelijk, iets aangegeven wat op een molen lijkt en wel op een stuk grond van mijn voorouders, aan de oostkant van de weg, tegenover het dijkje naar de Menning weermolen. Daarnaar lijkt ook de naam "molesloot" te verwijzen, die op de kaart van Uitwaterende Sluizen voorkomt. Op de kaart van Uitwaterende Sluizen van 1680 zien we een molen aan de oostzijde van de Noordeindermeerdijk, vlakbij het dorpsdeel wat als Urk bekend staat. Daar bij, op de kaart, de toevoeging "meel- molen" Wat de naam "Molenglop" betreft: een glop is een opening of onderbreking in een rij huizen Daarom denk ik in eerste instantie aan een windmolen, ter plaatse. De eventuele molen tegenover het dijkje naar de Menningweermolen zou ook een rosmolen ge weest kunnen zijn en dus nog ouder dan de veronderstelde windmolen. De molen aan de Noordeindermeerdijk zal dus de jongste zijn in de meelmolen- historie van Grootschermer. Grootschermer heeft tot 1567 het privilege gehad op het Schermereiland, wat het heb ben van een korenmolen betreft. Daarna bouwde Graft-De Rijp zelf ook een koren molen. In 1585 moeten daar al twee koren molens en een oliemolen zijn geweest. Zie "Enige gegevens over de molens van 40

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1985 | | pagina 22