VLAANDER EN VENBUURTNERINGRIJK ANNO 1900.
Na de wandeling door de Kerkstraat, aan de
hand van mw GBakker-Dekkerzoals be
schreven in nummer twee van "Een Nieuw
Chronyke", vervolgen we nu haar tocht door
De Buurtjes omstreeks het begin van deze
eeuw, met een wandeling langs het Vlaander
en de Venbuurt om, na een heel grote sprong,
te eindigen op het Baanmanslandje
We laten mw Bakker weer aan het woord:
"We gaan nu door de Gevallen Vrouwensteeg
Die heette vroeger niet zo. Die had toen
helemaal geen naam. (Dat klopt; deze naam
is bedacht omstreeks de Leeghwaterfeesten
van negen jaar geleden, -red.) Je komt dan
over dat bruggetje en dan is links eenstuk
je grond, net als vroeger, en dan kom je
bij het huisje waar vroeger Trui van Petten
woonde. Ja, waar de Pigum gewoond heeft.
(Nu het huisje van John van Loon.) Ernaast,
naar links, aan de noordkant, was er het
open stuk, net als nu en dan kreeg je het
huis van Klaas de Vries.
Het had wel vier stoepen. Dat was het oude
doopsgezinde weeshuis, waar nu Reijer Kor-
ver woont. Maar, aan de slootkant stond ook
nog een huis. Daar heeft Willem Spaarman
gewoond. "De Automaat" was zijn bijnaam.
Naast het huis van Klaas de Vries was een
steeg en daarnaast woonde bakker Roelofs.
De vader van Henk Roelofs die nu op de hoek
Ju1ianalaan-Leeghwaterstraat woont. Naast
de bakker woonde Kaptein, de grootvader van
Jan Kaptein. Hij had een kruidenierswinkel.
Dan volgde het huis van Betje Kaai. Zij was
naaister en ze had meisjes in dienst voor
het naaiwerk. Voor het volgende huis was er
eerst een kleine opening. Dan het huisje
waar Martje van den Berg woonde. Ze was
2