Zijn dochter Sijberigjen trad in het huwelijk met
Fredrick Beets, een telg uit het redersgeslacht
Beets uit De Rijp. In 1718 stierf zij in het kraam
bed
Zijn zoon Jan trouwde een dochter van de rijke
koopman en reder Van Hoorn uit De Rijp. Allert
Cornelisz. zelf behoorde dus ongetwijfeld ook tot
de beter gesitueerden.
Jan Allertsz. bezat parten (aandelen) in walvis
vaarders en haringschepen, in de lijnbaan en taan-
huis in Graft, landerijen en onroerend goed.
Hij kreeg zes kinderen waarvan er drie in leven
bleven, Aldert, Jan en Grietje.
Grietje overleefde twee echtgenoten, Simon Beets
uit De Rijp en Cornelis Taan, een reder uit Zaandam.
In 1796 overleed zij kinderloos en liet haar zeer
grote vermogen na aan haar broers Aldert en Jan,
die samen de firma Aldert en Jan Boon vormden. Al
eerder hadden de broers en hun zuster van hun vader
geërfd.
Het negotieboek van de firma Aldert en Jan Boon
onthult een scala van activiteiten; zij hadden
parten in walvisvaarders en haringschepen, dreven
een bloeiende veehandel, waren mede-eigenaren van
de lijnbaan de Poel, de zeilmakerij, de looierij
en het taanhuis, handelden in kurken vloten, tonnen
en kuipen, welke laatste onderneming zij hun "oude
vaten negotie" noemden.
Partijen touw werder naar Frankrijk, Curapao en
Cadiz verscheept.
In het negotieboek lezen wij hoe in 1782 de firma
voor 850,deelneemt in een partij touwwerk aan
boord van het schip Waasmunster gedestineerd naar
Curaqao. De lading werd aldaar verkocht. Op de
thuisreis echter werd het schip door de Engelsen
(we zijn midden in de vierde Engelse zeeoorlog;
genomen, naar Jamaica opgebracht en geconfisceerd.
In 1783 moest de 850,als verlies worden ge
boekt.
- 60 -