Dë buidelvoogden besloten een deel van de gelden te
bestemmen voor landaankoop en de inkomsten die uit
landverhuur en nog rentedragende gelden werden ver
kregen, werden aangewend voor andere doeleinden dan
waartoe men in 1634 had besloten. Het fonds kreeg
meer en meer het karakter van een charitatieve
instelling, waarbij vooral de bloedverwanten van
vroegere zeevaarders niet werden vergeten.
In verband met de Armenwet moesten de buidelvoog
den in 1854 opgeven tot welke soort instelling het
zeevarende fonds gerekend moest worden. De buidel
voogden besloten een nieuw reglement op te stellen
waarin werd vastgelegd dat voor de zeevarenden de
gelegenheid bleef bestaan zich in de buidel te
laten aantekenen, bovendien dat de opbrengsten van
het fonds aangewend zouden worden tot leniging van
de plaatselijke armoede en het verlenen van steun
aan nuttige instellingen ter plaatse. Van de gele
genheid zich bij het fonds te laten intekenen is
van 1860 tot 1868 nog gebruik gemaakt door Willem
Pik, wegens zijn reizen naar Groenland, Buenos
Vic Wijnekus
Draeght elkanders lasten. Bij
drage tot de geschiedenis der
zeevarende beurzen in Noord-Hol
land. West Frieslands Oud en
Nieuw 3 (1929) p. 12-61.
Een driehonderdjarige herdacht,
1634-1934. Ongepubl. herdenkings
stuk, raadhuis De Rijp.
K. van der Tempel Schippers van de zee in Graft,
1650-1695. Doctoraalscriptie,
Leiden, 1981.
Aires en Batavia.
Literatuur
S. Lootsma
P. Schuurman
- 34 -