HET' NUWE DIER
Oosterschelde opgevist. Arnold Corne
lls speelt in het hoofdstuk met onze
moedertaal. Van Helle naar Hal, van
Schol en Schar naar Haring, de belang
rijkste vis uit de Noordzee. Ik ga van
Har naar Scharnier.
De oorspronkelijke betekenis van het
door van Dam den Bouwmeester
genoemde woord Hal is wachtplaats,
zoals Halte nog steeds de plek is waar je
wacht op trein of bus. Maar ik ga verder
naar Hargen bij de Harger en Pettemer-
polder, en van Scharwoude en Schelling-
woude via Helle naar Ellewoutsdijk, naar
het verkeersknooppunt Hellegatsplein
dat is aangelegd in het Hellegat bij het
Haringvliet. Een Zeeuw praat anders
dan een Vlaming, Hollander of een Fries.
SCH wordt heel vaak H of omgekeerd,
of verdwijnt zelfs geheel. En zo verandert
Schelde zelfs in Elbe. Want ook de D en
de B wisselen vaak. Het water blijkt ook
in de taal een heel belangrijke verbin
dende schakel. Eigenlijk wel logisch dat
de Zeeuwse marinehaven Hellevoetsluis
heet, en die van Holland Helder. Hel, de
oernaam van de Noordzee.
Wie, wat, waar, wanneer en waarom
Gravin Magdalena van Waardenburg
(1464-1538). Prompt sta ik weer bij
een 'Helders' gegeven op het ver
keerde been. Kasteel Waardenburg
ligt in de gemeente Neerijnen waar ik
in 1969 mijn opleiding tot reserveof
ficier bij de Geneeskundige Troepen
kreeg. Daar kwam zij echt niet van
daan. Het graafschap Werdenberg in
het oosten van Zwitserland, aan de
grens van Oostenrijk en Liechten
stein, ligt veel meer voor de hand.
Magdalena was immers een nicht van
Keizer Maximiliaan van Oostenrijk
(1459-1519), de grootvader van Karel
V. Magdalena blijkt inderdaad een
dochter van George III (Joris) van
Werdenberg en Katharina van Baden.
Zij was Gravin von Werdenberg-Sar-
gans-Trochtelfingen. Haar zoon Joris
werd in 1534 bisschop van Utrecht,
waarna hij toch in Henegouwen bleef
wonen. Haar kleinzoon, de bekende
Graaf Lamoraal, die in Henegouwen
geboren is, verwoestte in 1543 de toen
Gelderse en nu Duitse stad Düren.
Door die stad in brand te steken en de
inwoners voor een belangrijk deel te
laten vermoorden maakte hij een eind
aan de opstand tegen de Habsburgers.
De bruiloft van stadhouder Jan van
Egmond met een nicht van Maximili
aan, Magdalena van Werdenburg, werd
in mei 1484 uitgebreid gevierd te Den
Haag in aanwezigheid van belangrijke
delegaties van de Hollandse en Zeeuwse
steden. Middelburg schonk Jan twee
zilveren kannen, en ook de Hollandse
steden lieten zich niet onbetuigd. Citaat
uit 'De staat van dienst: de gewestelijke
ambtenaren in Holland en Zeeland in
den Bourgondische periode'.
In 1483 werd Jan door Maximiliaan
aangesteld tot stadhouder van Zee
land, Holland en West-Friesland. Pas
na zijn trouwen werd hij in 1486 ver
heven tot graaf. Hij ging eind 1515
met ontslag, dus in het jaar dat Keizer
Maximiliaan werd opgevolgd door
zijn kleinzoon Karel V. Manke Jan,
zoals zijn bijnaam was, overleed in
1516 te Egmond. Dat hij en Maximili-
aan hier niet echt geliefd waren is
bekend. Zo onderdrukte hij met hulp
van de Hertog van Saksen eind 16e
eeuw de opstand van het 'Kaas en
Broodvolk', ook Huisduinen had zich
bij die opstand aangesloten. De eer
dere gevechten tussen de Heren van
Brederode en toen nog de Heer van
Egmond in de Hoekse en Kabeljauwse
twisten als tegen- en voorstander van
Maximiliaan laten zien wat voor
machtstrijd er lang in Zeeland en
Holland was, tot op de dag van van
daag nog zichtbaar in de polder
Koegras, gelegen in twee gemeentes
als gevolg van die oude gewelddadige
strijd of, netjes gezegd, die van ouds
her betwiste rechten over Holland.
In de interne strijd om de Nederlan
den, waarbij ook het Hertogdom
Gelre jarenlang door een van Egmond
bestuurd werd, speelde de vaart naar
en op de Zuiderzee een heel belang
rijke rol. Zoals blijkt uit het huwelijk
in 1449 van Maria van Egmont -
Gelre met Jacobus II, de koning van
Schotland, uit de tekening van John
Aborough uit 1539 (Anna van Kleef),
en uit de Gelderse Hoek ten noorden
van Enkhuizen (1537). Hier werden
dijken aangelegd, land op zee her
wonnen, betonning aangebracht en
bakens geplaatst. Verantwoordelijk
daarvoor was de baljuw, de onafoan-
kelijke bestuursambtenaar die in Hol-
Gevelsteen in de muur van Kerkstraat 406 in Amsterdam. In 1672 geplaatst op het
huis van Jan Cornelis Duyts uit Huisduinen. (Foto: Henk den Ouden, 2017)
26