De oudste steen op de Huisduiner begraafplaats?
Jack Ambriola
Er is over het oudste deel van de Huis
duiner begraafplaats (de vakken G R
A F) reeds door verschillende auteurs
het een en ander geschreven. Met
name Jan T. Bremer en Rens Schen-
delaar hebben interessante publi
caties op hun naam staan, zowel in
boekvorm als in artikelen in Levend
Verleden.
Het oudste deel van de begraafplaats
is natuurlijk ook heel bijzonder. Hier
liggen en staan de stenen die herin
neren aan roemrijke jaren van walvis
vaart, koopvaardij, reddingswezen,
Oost- en West Indische Compagnie.
De oudste nog aanwezige grafzerken
dateren uit de jaren zeventig van de
17e eeuw. Heel bekend is de steen van
Diewer Pieters uit 1672. Deze rijke
dame heeft bij haar overlijden geld
nagelaten waarmee een orgel kon wor
den gebouwd, bestemd voor de toen
malige Huisduiner kerk. Het instru
ment staat op haar steen afgebeeld.
In diverse publicaties (folders, web
sites e.d) wordt vermeld dat dit de
oudste steen is op het historisch deel
van de begraafplaats. Maar bij mijn
recente rondleiding met bezoekers
tijdens de Open Monumentendag
hield ik even halt bij een nog oudere
steen. En wel die van Martie Klaes,
die in 1671 overleed en op Huisdui
nen begraven werd.
De steen is aangemerkt als Monu
ment Noord-Holland.
Martie Klaes is circa 1650 geboren en
is jong overleden, 21 jaar oud.
Zij trouwde circa 1669 met Jan Dirck-
sen Rijkers (ook wel Riekers), gebo
ren circa 1645 en overleden op 26 juni
1691 te Den Helder.
Uit dit huwelijk is circa 1670 een zoon
geboren, Dirk Jansz. Rijkers, overle
den 30-12-1720 te Den Helder.
Toen Martie in 1671 overleed was Jan
Dircksen 26 jaar, maar kennelijk niet
onbemiddeld, want hij kon een steen
voor haar bekostigen. Hij was van
beroep schipper. Maar op 38 jarige
leeftijd in 1683 voer hij als comman
deur walvisvaarder op de "Walvis".
Boekhouder (reder) Iken Albrtsz.
Doornekroon.
In 1684 werd in Leiden een interes
sante verhandeling uitgegeven waar
van de auteur slechts met initialen
bekend is: P. P. van S. De titel is al
even uitvoerig als het werk zelf.
"DE SELDSAME en NOIT
GEHOORDE WALVISVANGST,
Voorgevallen by St Anna -Land in 't
jaar 1682 den 7 October
MIDSGADERS Een Pertinente
nauwkeurige) Beschrijvinge van de
gehele GROEN-LANDSE -VAART
Verhandeld in Prose en Versen
Nevens Vercheide Saaken tot die
Materie dienend"
Het verhaal gaat, na en uitvoerige
inleidingover een enorme walvis die
in 1682 bij St Annaland (niet in de
Arctische wateren, maar in Zeeland,
Tholen!) door visser Joost Kok uit
Vianen ontdekt werd. "Een so groot
een Vis. 50 voet lang so diep land-
waart in, 12 mijlen van de Noordzee
Aan de verhandeling is toegevoegd
een "Notitie van de Schepen, gedesti-
neert (gezonden) uit dese Landen
HIER LEYT BEGRAE_VEN MARTIE
KLAES_HUYSVROU VAN JAN_
DIRCKSEN RYKERS_IS GESTORVEN_
DEN26 JULY_ANNO 1671.(graf: Ga10)
naar Groenland in 't jaar 1683." Het is
een lange lijst van reders, schepen en
commandeurs
1683 moet een bijzonder goed jaar voor
de walvivaarders zijn geweest. Alleen al
uit Amsterdam vertrokken dat jaar 35
schepen ter walvisvaart, waaronder 'de
Walvis', reder Iken Albertsz. Doornek-
roon en COMMANDEUR JAN DIR
CKSEN RYKERS.
In 1685 was Jan Dircksen volgens de
schepenrol, schipper van het galjoen
"St Jan". Of dit ook een walvisvaarder
is geweest heb ik tot nu toe niet kun
nen achterhalen. Een galjoen is bij de
marine in de 17e eeuw bekend als
bewapend zeilschip. Zou Jan Dircksen
overgestapt zijn naar de marine? Ik
houd mij aanbevolen voor het ant
woord op die vraag.
Met dank aan de Genealogische
Werkgroep van de Helderse Histori
sche Vereniging.
Walvis aan een lijn van visser Abraham
Jansz van Oelen en zijn zoon bij het
eiland Tholen, 7 okt. 1682.
7