Brief van Groningse herenboer over Den Helder anno 1824 Deel 1 Wout Smit In afwachting van zijn vertrek met de 'Abel Tasman' verblijft Marten Douwes Teenstra (29) in 1824 noodgedwongen vier weken in Den Helder. Hij is een failliet geraakte herenboer, die vrouw en vier kleine kinderen in Groningen achterlaat om zijn geluk te beproe ven in Oost-Indië. Zijn brief aan het thuisfront doet het Huisdui nen, Koegras, Nieuwe Diep en Willemsoord van twee eeuwen geleden herleven. Teenstra, een nieuwsgierig en avon tuurlijk man, is van rijke komaf. Zijn vader heeft hem in 1819 in de Noord polder, ten noorden van Pieterburen, de hoeve 'Arion' met 100 ha land cadeau gedaan. Deze nieuwe Wad denpolder was in 1811 ingedijkt. Door de scherpe daling van de graan prijzen kan hij het financieel niet bol werken. Daarom besluit hij de boer derij te verpachten en naar Java te gaan. Met een aanbeveling van Portret van Marten Douwes Teenstra (Zuurdijk 1795-Ulrum 1864). Echtgenoot van Gezina Debora van der Ley (1791 1876). (RHC Groninger Archieven NL- GnGRA_818_22670) koning Willem I wil hij onderzoeken in hoeverre de Nederlandse landbouw daar kan worden toegepast. De reis van Groningen naar Den Hel der blijkt al een tijdrovende onderne ming te zijn. Op 22 november zegt Teenstra 'met een onbeschrijflijk gevoel gade en kroost, huis en have vaarwel.' Op 10 december bereikt hij via het Nieuwe Noord-Hollandsche Kanaal het Nieuwe Diep, 'hetwelk geheel vol van raschepen lag en welk mastbosch een trotsch gezigt ople verde.' In het logement den Burg van Smit wacht hij het vertrek van de 'Abel Tasman' af. Teenstra: 'Er was niets anders te doen, dan op een gunstigen wind te wachten, en geduld te heb ben. Het Nieuwe Diep is met de uit monding tegen het noordoosten voor het uitzeilen zeer ongunstig gelegen, zoodat de schepen met een stevigen noord-oostewind niet, dan met gevaar en veel moeite, uit het Nieuwe Diep in het Marsdiep kunnen uitha len. Gedurende ons verblijf aan de Helder was het weer alle dagen even guur; storm en veelvuldige regens wisselden elkander beurtelings af, waardoor de wegen en voetpaden bijna geheel onbruikbaar waren, welk een en ander ons verblijf hier zeer onaangenaam maakte. Evenwel liet ik den tijd, die men hier genoodzaakt was te verbeuzelen, niet geheel werke loos voorbijgaan.' Het barre en eenzame Koegras Van een boer uit een nieuwe Gro ningse polder verwacht je dat hij wil weten hoe het zijn collega-boeren vergaat in het Koegras, de enkele Het 'boerderijkerkje' met enkele huisjes van Huisduinen gezien in zuidelijke richting omstreeks 1825-1840. Het kerkje werd in 1851 vervangen.(Noord-Hollands Archief, PA. Beretta (1805-1866). - -ï:M MWMtjpppm ---- 20

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2018 | | pagina 20