ff L r A. Jk Stuurman Sander Oostendorp. Dat zag men bij de Helderse krant toch anders: 'De plek waar de sloep door de red dingboot werd opgepiktwas zeer gevaarlijk. Bij vallend water zou het vaartuig grote kans hebben gemaakt, om te slaan. Het was voor de redding boot zelf een hachelijke onderneming zich in dit water te wagen, maar Coen Bot en zijn mannen zijn niet spoedig bevreesd.. De bemanning tijdens deze reis bestond uit: J.A. Oostendorp (stuur man), R. Eelman (motordrijver) en C. Bijl, K. Bijl, W. de Boer en P. Bot (matrozen). Een 'misse' reis in de zware storm van 4 oktober 1934 Schipper Coen Bot sprak zelfs van een vliegende storm. Ze waren op weg naar het Duitse stoomschip 'Biskaje' uit Hamburg toen de reddingboot via de zojuist verkregen radiotelefonie- installatie bericht kreeg van het licht schip 'Haaks' dat daar een schip 'twee rode lichten boven elkaar voerde'. Dat was het sein dat het schip onbestuur baar geworden was. In de buurt geko men van het ongelukkige schip schoot er nog één rode kogel de lucht in. Toen was het over. Het schip was zojuist ten onder gegaan. Later bleek dat slechts één opvarende van het Belgische stoomschip de 'Charles Motordrijver Reijer Eelman. José' de ramp had overleefd. De kapitein van het gezonken schip was de volgende ochtend door een Duits schip opgepikt uit een sloep. Hij was vlak voor zijn schip kapseisde in zee gesprongen en naar een losgesla gen sloep gezwommen. De overige bemanning (9 personen) is verdron ken, maar niemand wist precies hoe. Het stoomschip 'Biskaje' was uitein delijk de storm goed doorgekomen. Op jacht naar een 'dodenschip' 'Het zou te eentonig worden om bij alle 'kleine' reddingen stil te staan'. Zo meent Coen Bot bij het begin van een verhaal uit 1935 dat hij omschrijft als 'een avon tuur dat waarschijnlijk enig is in de annalen van het reddingwezen op onze kust'. Op gevaar af eentonig te worden wil ik toch graag heel kort even de belangrijkste tochten van de redding boot in het jaar 1935 vermelden. Op 12 januari 1935 werd hulp gebo den aan de HD26 (schipper H.J. Bais) die in het Molengat in moeilijkheden was geraakt. Een maand later, op 2 februari, werden twee jongens van een vlet gehaald in de omgeving van Den Oever. Veel ernstiger was de situ atie op 4 december 1935 toen het Zweedse s.s. 'Menja', geladen met hout en bemand met 15 koppen, lek raakte bij de Terschellingerbank. Men pro beerde Nieuwediep te bereiken, doch ter hoogte van de Haaksgronden werd de situatie zo precair dat 11 man per sloep probeerden de vaste wal te bereiken, hetgeen gelukte. Toen de reddingboot bij de 'Menja', Een aantal mannen van de ss 'Menja', die met een sloep naar de wal roeiden, werden bij Huisduinen door Chef Kreuger uit het water gehaald en naar zijn restaurant Dennenheuvel gebracht, waar ze voor de kachel weer bijkwamen. Chef Kreuger is hier later voor onderscheiden. 18 i A

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2018 | | pagina 18