De eerste motorreddingboot 'Dorus Rijkers' (1923) in de twintiger jaren Jan T. Bremer Vlootrevue op het Marsdiep 'In de zomer van 1919 lag op de rede van Texel een groot aantal gepavoiseerde oorlogsschepen en particuliere jachtjes en bootjes. En niet alleen de zee bood een feeste lijke aanblik, doch ook onze oude juttersstad, waarvan de straten versierd waren met groen en vlag gen. De reden van dit alles was het bezoek dat Hare Majesteit Konin gin Wilhelmina en Prins Hendrik zouden brengen ter gelegenheid waarvan een vlootrevue zou wor den gehouden.' Aldus Coen Bot de schipper van de reddingboot in zijn boek 'Als de Noordwester waait'. Hij vertelt hoe hij opdracht had gekregen met de red dingboot en zijn bemanning aanwezig te zijn. Coen Bot (1882 - 1961), schipper van de Helderse (roei)red- dingboot sedert 1918, had op dat moment al een respectabele staat van dienst als mensenredder. Het zat hem bepaald dwars dat hij desondanks nog altijd niet over een motorreddingboot beschikte. En nu kreeg hij zijn kans: de koningin liet weten dat ze deze mensenredder wel eens wilde spre ken. Zij wilde weten hoe de mannen nu eigenlijk leefden, wat ze voor de kost deden, hoeveel ze verdienden en meer van dat soort dingen. Prins Hendrik vroeg met name naar het reddingwerk. Zo wilde hij onder andere weten of het materiaal waar mee zij moesten werken wel al aan alle eisen voldeed. En toen zag schip per Bot zijn kans schoon. Hij wees erop dat alle boten op de rede, zelfs de kleinsten voorzien waren van een motor, behalve de reddingboot. Daar was men nog steeds op de roeiers aangewezen. Dit zou veranderen beloofde de Prins. Vier jaar later, op 17 juli 1923 had Den Helder zijn eer ste motorreddingboot, genoemd naar de Koning der Helderse Zeeridders 'Dorus Rijkers'. Maar nog ging het bijna fout voor onze schipper: hij hoorde dat er een advertentie in de kranten geplaatst zou worden om sollicitanten op te roepen voor de betrekking van schip per op deze boot. Dit viel mij wel een beetje kort op het lijf: ik was nu een maal schipper en wilde dit ook graag blijven. Ik besloot dan ook het er niet bij te laten zitten en reisde naar Amsterdam om te praten met het hoofdbestuur (van de reddingmaat schappij). Het resultaat van dit onder houd was dat er geen advertentie geplaatst zou worden en ik schipper bleef'. Stranding Koefia Maar het leek wel of het niet mocht lukken. Want toen de 'Dorus Rijkers' op 30 augustus 1923 er op uit moest vanwege de stranding van het Itali aanse stoomschip 'Koefia', moest schipper Coen Bot zijn vrouw naar het ziekenhuis in Amsterdam bren gen. En zo voer de motorreddingboot onder leiding van de machinist Reijer Eelman naar het op de Eierlandse gronden in nood geraakte schip. Men zag kans langszij te komen, zodat de bemanning (34 man) zich langs een drietal overboord hangende touwen op de reddingboot konden laten glij den. Een gevaarlijk klus bij wind kracht 10 uit westzuidwest. Maar het lukte, al had de reddingboot wel de nodige 'blutsen' opgelopen. De bemanning - R. Eelman, Th Pompert, W. de Boer, D. Mulder en D. Bot - verkreeg van het Italiaanse Gezant schap elk een bronzen medaille en een getuigschrift. (Reddingboot nr.23). Een Engels stoomschip op de Zui- derhaaks Aan de stranding van het Engelse stoomschip 'Promus' op de Zuider- De motorreddingboot 'Dorus Rijkers'. (Collectie P. Riteco) 6 j»

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2018 | | pagina 6