Schilderkunst Dick Ket schilderde aanvankelijk stil levens en landschappen in de impres sionistische stijl. Toen zijn gezond heid achteruitging schilderde hij hoofdzakelijk stillevens van de spul len in zijn atelier of portretten van zijn ouders, maar met name zichzelf. Door zijn ziekte kwam hij niet veel de deur uit en kreeg hij ook weinig bezoek. Tot 1934 had hij alleen con tact met Nel Schilt, zijn vroegere stu diegenoot van Kunstoefening. Toen hun vriendschap in 1932 uitgroeide tot een liefdesverhouding schrokken Dick zijn ouders niet terug om hier paal en perk aan te stellen. Zij vonden dat een huwelijk, door Dick zijn gezondheid, niet mogelijk was. Slechts eens in de twee weken mocht Nel hem bezoeken. Dick berustte bij vlagen in de situatie. Soms voelde hij zich toch ook wel behaaglijk in deze beschermde situatie maar kreeg hij door zijn isolement last van straat vrees, vreemdelingenangst en claus trofobie. In deze periode van veilig heid en angsten ontstond echter wel het belangrijkste deel van zijn oeuvre. Een van de belangrijkste middelen om zijn isolement te doorbreken was het schrijven van brieven. Vanaf het einde van de jaren twintig, schreef hij vaak aan Nel maar ook aan vrienden, die hij kende van Kunstoefening en nadat hij lid geworden was van Arti en Amicitiae in Amsterdam, kwam ook briefwisselingen met anderen tot stand. Door Nel kwam Ket begin jaren dertig in aanraking met Leo Gestel en Johan Haanstra, de broer van de bekende cineast Bert Haanstra, maar ook kreeg hij weer contact met Dick Abbenes, zijn vroegere jeugd vriend uit Den Helder. Abbenes heeft hem eens tijdens een vakantie in Ben- nekom bezocht. Pas in 1934 kwam hij in contact met andere vrouwen. De eerste was zijn vroegere buurmeisje uit Den Helder, Duinlandschap op papier met krijt. Signatuur: "atelierstempel Dick Ket". (Collectie Rijksmuseum Amsterdam, RP-T-1933-25R) Géri van der Zee die in 1934, waar schijnlijk naar aanleiding van Kets tentoonstelling bij de Noorderkunst kring in Den Helder, hun kennisma king hernieuwde. Expositie Op 4 juni 1934 stond er een artikel in de Heldersche Courant met de aan kondiging van een expositie. Hierin stond te lezen: "Na het bijzondere mooie werk van Anton Pieck verleden jaar, was het niet gemakkelijk even goed voor de dag te komen als in 1933. Gelukkig telt Den Helder onder de oud-ingezetenen nog meer kunstenaars van naam. In dit geval betreft het Dick Ket, uit Den Helder geboortig. De meer dan goede critieken die hij in de laats- ten tijden kreeg, waar hij ook expo seerde, met zijn reproducties van zijn werk in alle kranten en periodieken, waarborgen wel de bijzondere kwalitei ten van zijn werk. Dick Ket exposeert samen met Jan Abraham Bakker uit Noordwolde, Lambert Simon, mevrouw Enklaar en L. Pinkhof uit Den Helder. De expositie is in de grote zaal van Musis Sacrum in de Koningstraat met het mooie bovenlicht", aldus het bericht in de Heldersche Courant. Dinsdagavond 12 juni 1934 was de opening voor donateurs en genodigden. Brieven Meer dan duizend brieven schreef Dick aan vrienden en kennissen. Deze brieven illustreerde hij vaak net als van Gogh met tekeningen. Deze brieven zijn voor een groot deel bewaard en zijn een belangrijke bron om zijn kunst te begrijpen. De correspondentie met Géri van der Zee bestaat uit 44 bewaarde brieven, meestal schreven ze over het geloof, Géri schreef religieuze poëzie. Op 15 september 1940 schreef hij zijn laatste brief aan Géri. In deze brief ant woordt hij op de ansichtkaart die zij stuurde over haar plannen om een leesbibliotheek te beginnen in Huis duinen. Vanwege de vele bombarde menten in Den Helder zijn inwoners gevlucht naar andere plaatsen. Géri ging naar Huisduinen. "Of ik deze brief in één ruk zal aftrij gen, staat zeer te bezien. Het is kwart voor zeven en ik verlang eigenlijk naar kooi, ben verre van lekker. De kaart die je stuurde vond ik een heerlijkheid, gezicht op land en duinen, om heim wee van te krijgen". Hij eindigt met: "Zo nu stop ik. 't Word duister, de lucht betrekt telkens en het heeft hier van daag geonweerd". Op 6 oktober 1940 is de brief voltooid door Dick zijn moeder. "Weinig had ik kunnen vermoeden dat ik deze brief, 11

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2018 | | pagina 11