niet mee. Het was 14 dagen terug feest in de stad. Voor ons was dat niet veel aan, want mijn gedachten waren bij jou en ik moest almaar denken: Hoe zou hij het maken? Zou hij nog leven of niet? We zullen maar hopen dat je gauw naar huis mag. Nu lieverd ik ga eindigen, want onze gedachten zijn zoek en ik moet nog even naar de foto graaf. Wimmie is gisteren op de foto gegaan en nu moet ik horen of hij geslaagd is. Je Rode Kruis-brief heb ik nog niet ontvangen.' een dag of 10 thuis. Wat heerlijk niet. Ik zit de eerste dag de helen dag op je schoot moet je maar denken. Het zal tenminste een feest zijn voor ons om nooit te vergeten. 'Wimmie z'n foto was goed geslaagd. Ik kan hem over 3 weken halen. Ze neppen je anders wel, want het kostte 30 gulden plus een flesch melk. Nu lieve schat ik ga eindigen, want op het oogenblik is mijn nieuws op. Vele kussen van mij en Wimmie. Ik zeg gisteravond tegen Moe: een anderen De eerste babyfoto van 'Wimmie' in 1945. (W.P. Steffens) Fijn ventje Twee dagen later schrijft Lies: 'Lieve Man en Papa, Met onze schat gaat het gelukkig goed. Van de week was hij niet erg in orde en hij was dan ook een half ons afgevallen. Dat is wel jammer, maar ik geloof dat hij nu wel weer wat aangekomen is. Je moet ook geen boy verwachten, want het is een fijn ventje. Hij weegt nu 11 pond. Het is een bijdehandje. Hij lacht zoo lief. Met Vader gaat het best en de Moe ders ook, hoewel jouw Moeder erg mager is geworden. Nu ze weet dat jullie leven, ziet ze er al weer een hoop beter uit. Gisteravond werd door de radio bekend gemaakt dat de eerste week in Juni begonnen wordt met jullie naar huis te sturen en wel 2000 per dag, dus verwacht ik je over week slaapt Wim misschien weer naast me, want nu slaapt Moe nog bij me.' Op 29 mei laat Lies aan Wim weten: 'Ik ben vanmiddag weer naar Van Hilten (*kinderarts) geweest met een vuile luier, want Wimmie geeft zoveel luiers en dat is niet goed. Nu heeft hij dan poeders gehad, dus zullen we hopen dat het gauw over gaat. Hij kan ook nooit lekker groeien, want hij krijgt er nog niets bij, geen bruine bonen en geen groenten, enkel omdat de darmpjes niet goed zijn. Als het nu gauw overgaat, dan haalt hij mis schien wat op voordat je thuis komt.' Zwager Gerrit uit Den Haag schrijft op 29 mei aan Wim: 'Je zal wel verlan gen naar je jongen. Hij wordt nu net geholpen voor de nacht, ligt te brullen of hij vermoord wordt. Als hij eerst maar zijn flesch krijgt, dan zal hij wel ophouden. Je lacht je dood, je vrouw begint net te schelden, ze geeft hem een schonen luier en dadelijk maakt hij hem weer vuil. Lies heeft vanmor gen net je Rode Kruis-brief (*van 10 mei) ontvangen.' Op 1 juni antwoordt Wim op de eer ste brief van Lies die hij na de bevrij ding heeft gekregen. 'Lieve Vrouw en kind. Eindelijk bericht van je ontvan gen. Je zult wel begrijpen hoe blij of ik was. Het duurde zo lang voor ik iets hoorde. Gelukkig had ik van Marij en Sjaan bericht gehad dat zij allen nog gezond waren en ook dat in Alkmaar met jullie alles nog goed was. Zo je schreef hebben jullie geen honger gehad gelukkig. Je begrijpt wel dat we daarover ingezeten hebben. Vooral toen we nog in Duitschland in het Lager zaten, was dat het enige waar over gesproken werd. Ik heb niet veel gewerkt in Duitschland, dus moe ben ik er niet geworden daar ik altijd thuis was voor schoonhouden en eten halen. 'Wat fijn dat Geer ook thuis is hé? Ik heb nog navraag gedaan naar hem, maar niet gevonden. Hij heeft ook veel meegemaakt, schreef je. Dat zal wel. Dat hebben we allemaal in Duit- schland, maar dat is voorbij. Je moet wat geluk hebben ook. Zeg Lieverd, de afvoer is begonnen, dus hopelijk komen wij gauw aan de beurt. Zorg dat onze zoon maar lekker bruin is als ik thuis kom. Dat is gezond. Op 3 juni schrijft Lies: 'Lieve Schat, van Zaterdag af komen er steeds men- schen aan met de trein en auto's. Vader en Moeder gaan aldoor heen om te kijken of jij er bij bent, maar nog steeds niets. De laatste dagen duren anders lang. Ze komen niet om.' Vuile luiers Enkele dagen later meldt ze: 'Lieve Man en Papa. Gisteren je brief (*van 1 juni) ontvangen en daaruit vernomen dat je het goed maakt. Wij maken het 22

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2018 | | pagina 22