De bouw van het Dorus Rijkershof, Oud Den Helder 1954. (Foto D.A. van Loon)
de zee te maken hadden werd rondge
stuurd kreeg het Fonds weer snel z'n
vooroorlogse naamsbekendheid
terug.
Moed, Volharding, Zelfopoffering
Uiteraard staat in het gedenkboek van
de Helderse Vereniging van Oud
redders 'Moed, Volharing en Zelfop
offering' het een en ander over het
Dorus Rijkers Fonds in deze periode.
'Pas op 3 januari 1946 toen er einde
lijk weer een normale ledenvergade
ring gehouden kon worden keerde de
rust enigszins terug.' 4)
Ook bij de Helderse oud-redders was
onrust over het Fonds, doordat de
penningmeester van het Fonds, PJ.
Jager ervandoor gegaan was met de
kas. Het NSB-bestuur functioneerde
niet, zodat een aantal andere instellin
gen de uitkeringen voor de oud-red
ders hadden verstrekt, maar hoe zou
dat verder gaan? Bij deze instellingen
waren al betalingsachterstanden ont
staan waardoor de oudjes toch enigs
zins gedupeerd werden. En dit maakte
hen onrustig.
Maar ernstig was het blijkbaar niet,
want toen er werd meegedeeld dat
'het geld van het Dorus Rijkersfonds
terecht was en dat de achterstallige
tegoeden zo snel mogelijk geheel zou
den worden uitbetaald,' ging er een
zucht van verlichting door de zaal.
Dat was het dan wel. Vervolgens was
er alle aandacht voor een komende
feestavond. Ook de Kerstpakketten
zouden weer in orde komen. En nog
belangrijker: er was een welkom
legaat van maar liefst drieduizend
gulden, vrij van rechten en plichten,
op komst!
Dorus Rijkershofje
Merkwaardig genoeg wordt in het
Gedenkboek van M.V.Z. nauwelijks
aandacht besteed aan het barre feit
dat nagenoeg heel Oud Den Helder,
vanouds woonplaats van de Blauwe
Zeeridders, in de oorlog geheel tegen
de grond gegaan was. Ook over de
'eerste aanzet tot een Dorus Rijkers-
ho^e' staat in feite slechts één aankon
diging: d.d. 1 december 1947.
Wie heeft het bedacht, waar kwam het
idee vandaan?
Het gedenkboek van het Dorus Rij
kersfonds vermeldt slechts:
'In 1949 besloot het bestuur tot de
bouw van 10 huisjes, speciaal bestemd
voor oud-redders en hun familie. De
huisjes werden gebouwd op de plaats
waar veel oud-redders, waaronder
Dorus Rijkers, voor de oorlog hadden
gewoond. Tijdens de oorlog moesten
de huizen plaatsmaken voor de Atlan
tic Wall, de verdedigingslinie van de
Duitsers aan de kust. De redders
waren gedwongen te verhuizen. Nu
kregen ze dus de kans terug te keren
naar hun oude buurt.'
Nou, ja, naar de plaats waar ooit hun
oude buurt geweest was. Een buurt
die nooit meer zo herbouwd zou wor
den. En dan nog: tien huisjes voor
tientallen oud-redders die ooit de
Ouwe Helder bewoonden. Een kwes
tie werd overigens nog: een visbak-
boetje bij zo'n keurig huisje. Dat kon
toch eigenlijk niet? Maar uiteindelijk
kwamen die schuurtjes er toch ook
(1955).
Koningin Juliana beschermvrouwe
Opvallend was dat terwijl Oud Den
Helder blijkbaar niet 'in oude stijl'
herbouwd kon worden, voor 't ove
rige de draad van voor-de-oorlog met
betrekking tot de Blauwe Zeeridders
weer werd opgepakt. Nadat Koningin
Wilhelmina in 1948 was afgetreden
als Koningin en als beschermvrouwe
van het Helden-der-Zee-fonds Dorus
Rijkers, werd haar dochter Koningin
Juliana op haar beurt bescherm
vrouwe (1949).
De VARA zond in 1950 een hoorspel
uit over Dorus Rijkers, getiteld 'De
blauwe zeeridders van Den Helder'.
In de 'Blauwe Wimpel', het bekende
maritieme maandblad van Anthony
van Kampen werd een groot artikel
over het Fonds gepubliceerd. Intussen
verscheen in de 'Stormklok' elke
maand een lange lijst van giften aan
het Fonds. En nieuwe leden. Uit het
hele land. Het ging goed met het
Fonds. Nu de opbrengst van collectes
en giften gestadig steeg konden de
uitkeringen eigenlijk wel omhoog.
Tenslotte gebeurde dat ook.
De oud-redders ontvingen hun uitke
ringen niet alleen keurig op tijd, daar-
13