De stranding van de Duitse bark 'Renown' in 1887 op de Noorderhaaks, geschilderd
door Haaike Abraham Jaarsma (1881-1970). De radersleepboot 'Hector' heeft Dorus
Rijkers en zijn bemanning in de zelfrichtende roeireddingboot bij het wrak gebracht.
(Nationaal Reddingmuseum Dorus Rijkers)
De reddingvlet wordt vanaf de dijk (bij de 'Windwijzer') het water in geduwd.
Pentekening van J. Verhoeven in het boek 'Stormnest' van Anthony van Kampen.
aandeed weliswaar sterk afgenomen,
maar daarmee niet het aantal schepen
dat op betrekkelijk geringe afstand
van de kust het Marsdiep passeerde
veelal op weg naar Noord-Duitse
havens. Ook de stoomschepen van
toen, met een betrekkelijk gering
laadvermogen voor de brandstof en
steenkolen, bleven graag in de buurt
van de kust. In stormachtige jaren
zoals in de jaren tachtig en negentig
van de 19e eeuw, was de kans op
strandingen mede door de nog
gebrekkige kustverlichting groot.
Alleen al in 1881 volbracht Dorus
Rijkers vier keer met eigen vlet, een
geslaagde redding. Naarmate de sche
pen groter werden, groeide het aantal
bemanningsleden per schip en daar
mee de kans op een groter aantal
geredden bij een stranding. Aan een
visserschip met slechts enkele beman
ningsleden was weinig eer te behalen,
aan een reusachtige schoener of
stoomschip zoveel te meer.
Publiciteit
Uiteraard speelde ook het reddings
materiaal een rol: Dorus Rijkers was
schipper van een zelfrichtende
roeireddingboot die vanuit de haven
door een sleepboot tot boven het
wrak werd getrokken. Zijn stiefzoon
Janus Kuiper had slechts een simpele
reddingvlet die vanaf de dijk het
water in geduwd moest worden.
Opvolgers van Dorus Rijkers als Coen
Bot jr. beschikten weliswaar over een
motorreddingboot en radioverbindin
gen, maar hadden weer andere pro
blemen: zeemijnen en beschietingen
in oorlogstijd. Kortom, vergelijken is
moeilijk, zo niet onmogelijk en in
zekere zin ook zinloos, zeker wanneer
het om het aantal geredden gaat. Hoe
wel Dorus Rijkers aan het eind van
zijn loopbaan (1911) met name door
publicaties in 't 'Vliegend Blaadje' al
een vrij grote bekendheid had, kwam
de 'doorbraak' pas later.
Dat Dorus Rijkers landelijk zo bekend
is geworden en althans in de jaren
twintig bij een enquête onder het
Haagse bioscooppubliek op Koningin
Wilhelmina na de bekendste Neder
lander was, had alles te maken met
pers en publiciteit.
Toen in de jaren na de Eerste Wereld
oorlog het imago van de Nederlandse
marine weer moest worden opgevij
zeld en (in 1922) op het Havenplein
een monument 'Voor hen die vielen'
werd onthuld, was daar ook ene
dr. L.A. Rademaker, redacteur van
Het Vaderland te 's-Gravenhage. En
die kwam in gesprek met oud-red-
dingbootschipper Dorus Rijkers.
Dorus liet zijn medailles zien en
beklaagde zich over z'n weekgeldje
van f. 13,50. Daar is toen over
geschreven in vlammende bewoor
dingen zoals dat heet. En omdat in
die jaren ook de krant in 'opmars' was
en, niet te vergeten, de radio, werd
Dorus Rijkers een nationale, ja inter
nationale held, het paradepaard der
zeeridders... 2)
Dorus Rijkersfonds
Zoals gezegd, bij de onthulling van
het marinemonument 'Voor hen die
vielen' op het Havenplein (1922)
raakte Dorus Rijkers in gesprek met
19