Helden-der-Zeefonds 'Dorus Rijkers' tot de Tweede Wereldoorlog Jan T. Bremer Dorus Rijkers Theodorus Rijkers (1847-1928), telg uit een roemrijk Helders geslacht van vissers- en vletterlieden die bij veertig strandingen zo'n 500 zeelieden van de verdrinkingsdood redde. Was hij, 'de heerser van de Haaks' de beste red der? Ach, wie zal het zeggen? 'Zijn voorgangers', aldus de toenmalige secretaris van de reddingmaatschappij De Booy, 'wier daden slechts zijn te reconstrueren uit vergeelde en sobere rapporten, hebben eveneens veel gepresteerd, terwijl ook zijn opvolgers de roemruchte traditie van het red dingstation bestendigen'. Het zal duidelijk zijn dat velerlei fac toren een rol spelen. Allereerst uiteraard de aantallen sche pen die in bepaalde perioden in de buitendelta van het Marsdiep zijn vergaan. Een blik op de lijst van stran dingen laat zien dat juist in de tijd dat Rijkers schipper van de reddingboot was een groot aantal strandingen, zowel van zeil- als van stoomschepen plaatsvond. Sedert de opening van het Noordzeekanaal (1876) was het aantal schepen dat de haven van Den Helder Theodorus Rijkers (1847-1928) circa 80 jaar oud. Het schilderij De stranding van De Vreede voor Huisduinen' van Engel Luidinga. Links de reddingboot op weg naar het fregat. (Nationaal Reddingmuseum Dorus Rijkers) Dat was dan mooi geregeld allemaal, maar in de praktijk kwam van dat laatste niet zo erg veel terecht. Van daar dat er in diverse kustplaatsen 'Vissersfondsen' werden opgericht (in Den Helder 1894). Omdat deze fond sen zich met name op de nabestaan den van visserlui richtten, kwam het in Den Helder tot oprichting van een vereniging van redders en oudredders 'Moed, volharding en zelfopoffering' (1908). Een vereniging die hun belan gen zou behartigen en zou zorgen dat zij en hun nabestaanden konden genieten van een onbezorgde oude dag. De eerste voorzitter werd toen de 61-jarige schipper van de Helderse reddingboot Dorus Rijkers. Reddingmaatschappijen De auteur van het gedenkboek 'Het Fonds der Blauwe Zeeridders (1923-1998)' begint zijn verhaal met de stichting van twee redding maatschappijen - pas veel later, op 23 mei 1991 gefuseerd tot één Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij - in 1824. 1) Aanleiding was de ramp voor de kust van Huisduinen met de Nederlandse brik 'De Vreede' op 14 oktober 1824. Nadat zeven Huisduiners eerst 11 schipbreu kelingen gered hadden en ze teruggingen om de laatste 3 bemanningsleden te redden, sloeg de reddingsloep om en verdronken de redders (op één na). De ramp was als zo vaak aanlei ding 'tot een geldinzameling voor de nabestaanden van de redders, maar nu bleef het daar niet bij. Er kwamen (particuliere) redding maatschappijen die middelen ter beschikking stelden om mensen te redden én er werden gelden ter beschikking gesteld van lieden 'die jaren de reddingboten hadden bevaren en door ouderdom krachteloos waren geworden of tijdens een poging tot redding verminkt waren geraakt'. Ver der kregen de weduwen en wezen van redders die bij een redding waren omgekomen een uitkering. 18

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2017 | | pagina 18