iK:ïIiSii;riii^ I j111 in
De firma S.J. Prins Co, Kanaalweg 175/176. Links de winkelier in galanterieën Salomon Prins (Den Helder 1877 - Sobibor
1943) en zijn vrouw Koosje Salomon Kannewasser (Den Helder 1877 - Den Helder 1935). Rechts de winkeljuffrouw mej. Rosetta
van Praag (Amsterdam 1883 -?). (Foto: 10 november 1928)
Toen de oorlog uitbrak en de Duitse
bezetter al vrij snel de havens in bezit
nam moesten wij van de Buitenhaven
vertrekken. Ik ken het verhaal over
zoon Izak - in de wandeling Iek - dan
ook alleen maar uit overlevering. Iek
werkte in die jaren als kok bij een
Joodse instelling voor geestelijk
gehandicapten (in Apeldoorn). Toen
die instelling werd ontruimd vluchtte
Iek met zijn verloofde naar Den Hel
der. En terwijl zijn ouders zich braaf
meldden en daardoor hun ondergang
tegemoet gingen dook Iek onder.
Eerst aan de Zuidstraat bij de rooms-
katholieke kruidenier Riesselmann in
het magazijn, later - toen er inmid
dels een zoontje geboren was bij dok
ter Loesberg (van de Westgracht). Zij
hebben de oorlog overleefd, maar zijn
kort na de oorlog geëmigreerd naar
Zuid-Afrika.
Aanvankelijk hadden wij, schooljon
gens, nog niet zo'n erg in wat er met
de Joden stond te gebeuren. Maar
toen ik in het schooljaar 1942/43 bij
meester Bram Koopman in de klas
kwam in de consistoriekamer van de
Bethelkerk werden er in het Juliana-
park - dat Stationspark moest gaan
heten - borden geplaatst: 'Voor joden
verboden'. Achter het raam van café
restaurant 'Radboud' (tegenover
Albert Heijn, nu Dekamarkt) ver
scheen een kaart met de fraaie tekst:
Jodenknechten, Churchillknechten
zullen nimmer Radboud slechten
Zij komen zeker en gewis
Nooit bij Radboud aan den disch
We wisten niet goed wat slechten was
en het woord dis gebruikten we ook
niet, maar dat Joden daar in elk geval
niet welkom waren begrepen we heel
goed. En dat vonden we maar raar.
Gelukkig was er een buurman die óók
kon rijmen en zei: 'Nou 't is zeker en
gewis, dat ik 't vreten daar niet mis..'
Uitverkoop
Toen kwam de uitverkoop bij Kanne-
wasser, Keizerstraat 3 vlakbij de
Bethelkerk. Er lag een boek dat ik
dolgraag wilde hebben: de Negerhut
van Oom Tom, afgeprijsd. 40 cent.
Dat geld had ik. Thuis. Het was mid
dagpauze, ik ging het geld halen,
kocht het boek, maar kwam te laat bij
meester Koopman.Die vroeg mij, -
voor m'n gevoel bijna verwijtend? - of
ik wist waarom Kannewasser vertrok.
Er zal zeker over gepraat zijn, maar
't gekke is dat ik dat niet meer weet,
alleen zijn vraag.
Echte herinnering aan gesprekken
hierover zijn van een jaar later, bij
meester Lever (in de consistorie van
FaS J.PRINS&C:
!£§3wi
KRISTAL
CLASWltt
SI'CLI
CpOBj
25