nieuwgebouwde onderzeeboot K II naar Nederlands-Indië. Prof. Vening Meinesz kreeg toen voor de eer ste maal gelegenheid om mee te varen en met behulp van een slingerapparaat op zee de zwaartekracht te meten. In 1927 begon Lou aan een tweejarig opleiding aan de Hoogere Marine Krijgsschool. Bij zijn vertrek kreeg hij een lovend eindverslag: 'Deze officier bezit zeer goede geestvermogens, is zeer vlug van opvatting en helder van oordeel. Toonde zeer veel ijver en werkkracht. Is zeer opgewekt, gepast bescheiden en zeer degelijk. Heeft zich een voortvarend, flink officier getoond met zeer veel toewijding en ijver. Is beslist in zijn optreden. Is een doortastend officier. Is een goed lei der. Toont zeer veel initiatief.' In maart 1930 werd hij benoemd tot chef van het torpedo-atelier op Wil lemsoord. Tijdens zijn verblijf in Den Helder (tot juni 1933) werd hij voor zitter van de Vereeniging Katholiek Den Helder, een overkoepelend orgaan voor alle katholieke verenigin gen die hier actief waren. In 1935 werd hij commandant van de Onder zeedienst Nederland. Toen de oorlog uitbrak was Lou als chef materieel verantwoordelijk voor de marineschepen in aanbouw. Hij gaf opdracht vaarklare schepen naar Engeland te laten vertrekken en indien dat niet mogelijk was te voor komen dat de schepen onbeschadigd in vijandelijke handen zouden vallen. Bij de demobilisatie moesten alle Nederlandse beroepsofficieren een verklaring ondertekenen dat ze de Duitsers niet zouden tegenwerken. Dit erewoord werd op grote schaal gebroken. Daarom namen de Duitsers op 15 mei 1942 als represaillemaatre gel bijna 3000 officieren krijgsgevan gen. Lou belandde via Neurenberg- Langwasser in Stanislau (Oekraïne). Eigen kamer Het leven in deze voormalige kazerne was in vele opzichten beter dan dat in een concentratiekamp. Er was zelfs centrale verwarming. Lou had er een eigen kamer, net zoals schout-bij nacht Hoyte Jolles, die commandant van de Stelling Den Helder was geweest. Op 11 januari 1944 ontsnapte Lou samen met marineofficier Diederic Wolter baron van Lynden. Zij maakten gebruik van de wanorde die bestond in verband met de overplaatsing van de krijgsgevangenen naar Neu- Brandenburg bij Berlijn. Hun vlucht route leidde via een tunnel onder een muur van 4,5 meter hoog. Deze tun nel was zeven weken tevoren gegra ven door de luitenants-ter-zee Ch. Douw van der Krap, F.E. Kruimink en WA. Pückel. 'Het was volle maan, felle vorst, gladde wegen. Buiten de wegen hooge sneeuw', schreef Lou in het verslag over zijn ontsnapping. Vice-admiraal L.A.C.M. Doorman. Op 14 januari staken ze te voet de grens naar Roemenië over. De vol gende dag werden ze in de trein gepakt en maandenlang vastgehouden. In juni lukte het om in contact te komen met de directeur- generaal van het Philipsconcern voor Hongarije en Roemenië, Lolle Smit, die een vluchtpoging voor hen arrangeerde. Als Roemeense joden zouden ze met een jodentransport naar Constantinopel vertrekken. Op het laatste nippertje koos Roemenië de kant van de geallieerden, zodat de twee vluchtelingen als vrij man konden vertrekken. Op 14 september meldden ze zich in Londen. Lou zette zich daarna in voor de bevrijding van Zeeland. Koningin Wilhelmina kende hem het 'bronzen kruis' toe. Bij zijn pensionering in 1947 kreeg hij het nog aan de stok met zijn superieu ren. De minister van Marine, J.J.A. Schagen van Leeuwen, gaf hem schriftelijk een reprimande: 'Omstreeks 10 Mei werd mijn aan dacht gevestigd op een bericht in het dagblad 'Trouw', waarin op voor de Koninklijke Marine depreciërende wijze de kwestie van Uw ontslag besproken wordt. Ik meen te mogen veronderstellen dat de gegevens daar voor van U a&omstig zijn. Mocht ik juist zien, dan stel ik er prijs op U mede te delen dat genoemde publica tie mij pijnlijk heeft getroffen. Door berichtgeving van deze soort, wordt het belang der Koninklijke Marine slecht gediend.' Na zijn pensionering werd Lou direc teur van het 'Katholiek Thuisfront'. Hij overleed in 1955. Jetze Doorman Neef Jetze (1881, Balk) was de zoon van een postkantoorhouder. Aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda ontstond zijn liefde voor de schermsport. Op 1 juni 1907 werd hij in Parijs wereldkampioen op de sabel. Die overwinning verplichtte Neder land de kampioenschappen van 1908 te organiseren. Daarvoor moest eerst de Nederlandse Amateurs Scherm- bond worden opgericht. Het tijd schrift 'Revue der Sporten' bejubelde de titel van Doorman in Parijs: 'Wij hebben met een zeer sterken scher mer te doen van wien men de groot ste verwachtingen mag koesteren'. In 1909 werd hij Nederlands kampioen. Jetze nam deel aan vijf Olympische 27

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2017 | | pagina 27