Het Nieuwe Diep voor de Tweede Wereldoorlog.
meesterschap' vormen. Amsterdam is
dan de machtigste koopmansstad van
ons land die in de tweede helft van de
18e eeuw in haar beleving nog steeds
'de wereld beheerst' maar al steeds
meer bedreigd wordt door het verzan
den van het IJ en het ondieper wor
den van de Zuiderzee en de daarin
gelegen vaargeulen. Dat is waar
Brandligt zich zorgen om maakt. Hij
voorziet dat de scheepskamelen die
de grote schepen over de het zand bij
Pampus tillen het uiteindelijk niet
gaan redden. Amsterdam, maar ook
alle andere havens die aan de Zuider
zee liggen, zal voor grote schepen
onbereikbaar worden.
Laurens Brandligt kiest voor die
mythologische titel omdat hij het zee
gebied bij Helder en Texel net zo
gevaarlijk vindt als die van de straat
van Messina. Ons zeegebied waar dus
ook menig zeeman zijn schip en leven
verliest. Hij weet als zeeman goed
waar hij over schrijft.
Maar hij noemt nog een tweede heel
belangrijke reden voor de gekozen
titel.
Met zijn publicatie accepteert hij de
risico's bij de te verwachten weerstand
van zeer machtige tegenstanders
omdat hij de uitvoering van het plan
van groot nationaal belang vindt!
Hij presenteert zich in zijn studie als
een dienaar van het vaderland en
Amsterdam in het bijzonder. Zijn
advies stuurt hij daarom het eerst aan
de elf burgemeesters van Amsterdam,
die gezamenlijk het invloedrijke
bestuursorgaan 'Amsterdams Burger-
Brandligt begint zijn onderzoek in
1769 als hij op verzoek van een vriend
over land naar Helder gaat. Hij ziet
dat de kust hier steeds zwaarder
wordt aangevallen, mede door het
verval van de strandhoofden en het
steeds dieper worden van het
Schulpengat. Zijn eerste reactie is
daarom dat er meer aan de strand-
hoofden moet worden gedaan. Een
paar jaar later, in maart 1775, wordt
hij opnieuw met de situatie bij Helder
geconfronteerd en constateert hij dat
de werken ter bescherming van het
Zonder dammen geen
'Nieuwe Diep' en geen
'Nieuwe Werk'.
20
WlW