De ingang van het Marsdiep met links de drie kapen op Texel en rechts de twee kapen ten noorden van Huisduinen, midden
boven ligt het eiland Wieringen. (Detailkaart van Jan van Scorel uit 1553, Nationaal Archief Den Haag)
hoog. De Harderwijker Ernst Brinck
(1582-1649), hij was onder andere
secretaris van de Nederlandse consul
te Constantinopel (Istanbul), vond
het zo imponerend dat hij de kapen
beschreef. Waarschijnlijk in circa
1612 in afwachting van een goede
zeilwind aan boord van een schip op
de rede van het Marsdiep noteerde
hij dat de kapen hoger zijn dan menig
kerktoren en er hing daarbij ook nog
een vlag bovenop: "Te Husduynen
staen oeck 2 baken. Hiernae moeten
sich die schepen regulieren, die de
gaten willen uytlopen, deze baken
syn well veel hoger als menige ker-
cktoren, van grootte lange masten
opgericht ende naerboven met twee
dwershouten aen malcanderen vast.
Bove syn 2 vleugels van houten spar
ren an malcanderen geslagen, opwerts
scherp gaende, syn seer breet, op dat
men daerdoor de baecken beter soude
zien, ende noch boven op het hoogste
staet een Jerusalemscruys van hout
ende met een vlagge" Met het Jerusa-
lemscruys bedoelde Ernst Brinck de
vorm het Kruis van Jeruzalem. Het
is een van de vele wijzen waarop een
kruis wordt afgebeeld. Dat de vorm
van een kruis op het baken stond had
geen religieuze betekenis.
In de achttiende eeuw staan er in
het jaar 1715 drie kapen, namelijk
de Schoutenkaap, een kaap nabij de
huidige vuurtoren en een kaap in
het Noordduijn, dat was een gebied
tussen Kaaphoofd en het dorp
(Den) Helder. In het jaar 1722 is er
de Schoutenkaap, de kaap nabij de
huidige vuurtoren wordt dan de Wes
terse kaap genoemd en de kaap in
het Noordduin heet dan kaap Noord
Duijne. In 1749 wordt de kaap ter
hoogte van de huidige vuurtoren kaap
Ruigebeen genoemd, richting Kaap-
hoofd staat een kaap genaamd de
Kleijne kaap, ook kaap Noord Duijne
is dan nog in gebruik. En tot slot in
1775 staan er drie kapen, te weten:
29