was zoetwater beschikbaar gezien de
vele aangetroffen waterputten. Op
het noordelijk gedeelte werd een tuf-
stenenkerkje en een kerkhof gesticht.
Het kerkje had een fundering van
zwerfceien. In de 15e - 16e eeuw
raakte het in verval, het tufsteen
werd tot tras gemalen en hergebruikt
als waterdichte metselspecie. Van het
kerkhof is nog weinig bekend. Wel is
zeker dat er oudkatholieken werden
begraven, de oudste van de daarbij
behorende grafstenen dagtekende
uit 1681. Halbertsma vermoedde dat
de uitgegraven beenderen bewijzen
dat, ook nadat de kapel niet meer in
gebruik was, de mensen uit de omge
ving de begraafplaats nog lange tijd
in stand hielden voor het ter aarde
bestellen van hun overledenen.
In de jaren daarna werd het gebied
door de plaatselijke bewoners het
Oude Kerkhof genoemd. Zo 'n naam
ontstond vanzelf, als aanduiding van
het stuk land. En zo kwam het dat
notaris Stammes op 16 januari 1918
publiek verkoopt een perceel bouw
land (grasland of landbouwgrond):
"Genaamd, het Oude Kerkhof, groot
5 hectaren, deel uitmakende en lig
gende achter de tweede boerenplaats
vanaf Den Helder aan het Groot-
Noordhollandsch kanaal".
Voor zover bekend lag het definitieve
einde van de terpbewoning in circa
1650. Bij de opgravingen kwam uit de
bovenlaag enig aardewerk uit de 16e
eeuw tevoorschijn, maar niets meer
van latere datum. Het verval zal veel
eerder ingezet zijn, mogelijk door het
terugwijken van de kustlijn waarbij
de westkust wijzigde met het ontstaan
van het getijgat Heersdiep (ten zuiden
van de Donkere Duinen) en de ver
breding van het Marsdiep, zodat de
loop van het getijgeulensysteem rond
de terp gewijzigd werd. Ook van bete
kenis kan zijn de voortdurende zand
verstuivingen (periode circa 1350
1450) die op grote schaal plaatsvond
waardoor het gebied voor beweiding
onbruikbaar werd. Het landinwaarts
stuivend zand was afcomstig van de
strandkust die binnenduinen (nol
len) vormden tot wel 3 a 4 km van
de kustlijn. Zo werd aan de zuidzijde
van de terp in een proefsleuf een laag
duinzand aangetroffen die uitwigt
(uitvlakt) tegen het terplichaam. Deze
verstuivingen hebben geen archeolo
gische betekenis.
Werkgroep Schagen
Tijdens een kort onderzoek door de
Archeologische Werkgroep Schagen
in mei 1997 van het zuidoostelijk deel
Het archeologisch onderzoek van februari 2016 aan het Statenhoff, links de
afgravingswand.
van de terp, werden middeleeuwse
potscherven en opvallend veel bot
ten van paard en varken gevonden.
De vondsten werden gedaan in twee
vijverwanden (vijvers in het Van der
Vaartplantsoen) die toen in het zuide
lijk deel van de terp werden gegraven.
Dit onderzoek vond plaats voordat de
bouwactiviteiten van start gingen van
de Parkplan-villa's, aan de Princenhoff
en Statenhoff. Naar aanleiding van de
vondsten hebben de Provincie Noord
Holland en de gemeente Den Helder
het archeologisch adviesbureau
RAA-P verzocht een archeologische
kartering van het zuidoostelijk deel
van het Torp uit te voeren. Dit onder
zoek werd uitgevoerd door een proef-
sleuvenonderzoek in het noordelijke
deel van de locatie en een booronder-
zoek in het zuidwestelijke deel van
het terrein. De beide booronderzoe-
ken hadden tot doel om de zuidelijke
begrenzing van het terplichaam vast
te stellen, zodat bij de aanleg van de
geplande Parkplan-villa's hiermee
rekening kon worden gehouden. Het
sleuvenonderzoek had tot doel de
conservering en begrenzing te bepa
len van het hier liggende kerkhof e. In
beide sleuven werd geen enkel spoor
van het kerkhof aangetroffen. Dit
heeft naar alle waarschijnlijkheid net
ten noorden van deze sleuven gelegen
en is inmiddels overbouwd.
Een nieuw onderzoek van het Torp
vond plaats in het jaar 2012. Nadat
het gymlokaal aan Statenhoff 51 was
gesloopt deed zich de gelegenheid
voor om op het braakliggend terrein
een inventariserend veldonderzoek
te laten plaatsvinden. In opdracht
van de gemeente onderzocht het
bedrijf Steekproef het terrein door
middel van zes boringen tot op een
diepte van drie meter beneden het
maaiveld. In vijf van de zes boringen
werden geen archeologische resten
aangetroffen. In de zuidoosthoek gaf
boring 5 resultaat, tussen veertig en
120 centimeter beneden het huidige
maaiveld werd een pakket humusrijke
6