De dood kwam 's nachts Maarten Noot maannacht was en nog erger dat er in de buurt een Duitse nachtjager rond vloog, maar dat laatste wisten ze nog niet. De 22-jarige Oostenrijkse Oberleutnant Prinz Egmont zur Lippe-Weissenfeld, commandant van een groep nachtjagers, gestationeerd op vliegveld Bergen, vloog samen met zijn boordmarconist Uffizier Renette, in een tweemotorige Messerschmitt Bf 110 nachtjager, ook boven de Noordkop. Zij werden geleid door het radarpeilstation Hering, welk complex even ten westen van Medemblik stond. Zo'n peilstation beschikte over verschillende radars. Met de een zocht men naar vijandelijke vliegtuigen en met de ander hield men de nachtjager in de gaten. Had men een vijandelijk vliegtuig op de radar, dan kon men met behulp van beide radars de nachtjager naar zijn prooi leiden. Neergeschoten In het begin van de oorlog beschikten de nachtjagers nog niet zelf over een boordradar, dus als de jager in de richting van de vijand was geleid, moesten de piloten zelf proberen hem met het blote oog te ontdekken. Om ongeveer 22:40 uur meende de Prinz een zwarte schaduw te zien en vloog in de richting hiervan. Ja hoor een vliegtuig en het was al snel duidelijk dat het om een Engelse bommenwerper ging, want de de dubbele zijroeren van de Whitley waren gemakkelijk te herkennen. Zur Lippe-Weissenfeld manoeu vreerde zich in een aanvalspositie, maar werd op dat moment ook door de staartschutter van de Whitley, p/o Griffiths, ontdekt en die begon onmiddellijk te schieten, terwijl piloot Peers uitwijkmanoeuvres maakte. Het was woensdagavond 15 januari 1941. Een Engelse bom menwerper vloog eenzaam door de lucht boven de kop van Noord Holland. Het was een tweemoto- rige Whitley onder commando van piloot pilot officer William E. Peers (36). De vijffioppige beman ning bestond verder uit de tweede piloot sergeant Howard Shipley (24), marconist sergeant Robert J. Couser (22) uit Nieuw-Zeeland, boordwerktuigkundige sergeant F.J. Duncan (22) uit Canada en de staartschutter pilot officer Mel ville P. Griffiths (35). Zij waren aan het begin van de avond met andere bommenwerpers van het 58e Squadron opgestegen van de vliegbasis Linton-on-Ouse in North Yorkshire, voor een aanval op Wilhelmshaven en waren nu op de terugweg. Minder mooi was dat het een heldere Het staartstuk van de Whitley waarin p/o Griffiths zat. Links is het staartwiel goed te zien. Triomfantelijk met zijn allen op de romp. Een deel van het kenteken GE-J is goed te zien. 14

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2016 | | pagina 14