1937 de opleiding metaalbewerken
aan de ambachtsschool in Den Hel
der. Hij behoorde tot 'de room van
de school', zoals tijdens de diploma
uitreiking werd gezegd. Vervolgens
bracht hij een leertijd van een jaar
door op rijkswerf Willemsoord.
Engelandvaarder
In mei 1938 moest hij in militaire
dienst. Hij werd ingedeeld bij de
Kustartillerie. In 1939 besloot hij
vrijwillig in dienst te blijven en werd
hij sergeant. Na de capitulatie van het
Nederlandse leger volgde zijn demo
bilisatie op 15 juli 1940. Anton kon
daarna bij de douane als hulpcom
mies gaan werken, eerst in Bergeyk
en vervolgens in Leende. Op 22 april
1942 besloot hij met twee vrienden,
eveneens douanebeambten, te vluch
ten om vanuit Engeland de strijd
tegen de bezetters aan te gaan. Zoals
de meeste Engelandvaarders koos hij
voor de route via België, Frankrijk en
Spanje. Drie maanden later bereikte
hij de Spaanse havenstad Bilbao. Op
28 juli vertrok hij per schip naar Cu-
ra^ao. Via Cuba en New York kwam
hij in Canada terecht. Daar sloot hij
zich weer aan bij de Nederlandse
strijdkrachten, in het Prinses Juliana
Training Centrum. Met een grote
omweg bereikte hij uiteindelijk nog
binnen hetzelfde jaar zijn doel: En
geland.
Marineofficier H. Lieftink (kapitein
der mariniers) was daar op zoek
naar mensen die in het kader van
'Plan for Holland' als sabotageagent
zouden kunnen worden ingezet. Hij
rekruteerde zijn kandidaten het lief
ste uit de groep Engelandvaarders
vanwege hun motivatie. Zij wilden
het liefst zo snel mogelijk voor de
bevrijding van Nederland in actie
komen. Piet Gerbrands, die enkele
maanden voor Anton Mink als
agent werd gedropt, verwoordde het
na de oorlog zo: 'Als jonge jongens
vond je zo'n aanbod om geheim
agent te worden geweldig. Ieder
wilde graag wat doen. Je dacht: die
oorlog is bijna afgelopen, wij komen
er niet meer aan te pas. Wij vonden
dit nu een mooie kans om ons nut
tig te maken.'
houding getest. Sergeant Mendes
schreef in zijn beoordelingsrap
porten onder Anton Mink onder
meer: 'nette en charmante knul', 'de
De geheime agenten Laurens Punt (links)
als Anton Mink.
Inbreken
Anton voldeed aan de selectie-eisen
die werden gesteld: een goede fysieke
conditie, een juiste psychische gesteld
heid en een flink verstand. In januari
1943 werd hij onder de naam 'H.B.
Mertens' toegelaten tot de opleiding,
samen met Laurens Punt. De adspi-
rantagenten verbleven in een bui
tenwijk van Londen in 'Huize Anna,
dat onder Nederlandse leiding stond.
De opleiding, die in Engelse handen
was, omvatte behalve parachutesprin
gen onder meer telegrafie, codeleer,
militaire organisatie, 'onopvallend
optreden in vijandelijk gebied', 'silent-
killing', organisatie bouw verzetsnet-
werken, het omgaan met wapens en
springstoffen en inbreken. Tijdens
zijn verhoor door de Duitsers be
kende Anton hoe hij had geleerd om
afgesloten huizen binnen te dringen:
Als deuren of ramen niet te gebruiken
waren, konden we met zeep een af
druk van het sleutelgat maken om een
sleutel te vervaardigen.'
Tijdens de training werden de deel
nemers onderworpen aan onder
zoeken naar hun betrouwbaarheid
en geschiktheid voor het werk. Ook
werd hun vermogen tot geheim-
en Oscar de Brey ondergingen hetzelfde lot
rustigste van allen', 'heel intelligent',
'vastbesloten', maar ook 'bezit geen
buitengewone kwaliteiten'.
De opleiding duurde drie maanden.
Daarna was het gespannen afwach
ten tot de nacht van de dropping.
Voor zijn vertrek op de avond van
21 mei moest hij nog een verklaring
ondertekenen waarin hij akkoord
ging met uitbetaling door de staat
van 15.000 gulden aan zijn nabe
staanden wanneer hij in de uitoefe
ning van zijn werk zou omkomen.
Dat risico was groot, want niet
alleen op het ontvluchten van het
land, maar ook op spionage stond
de doodstraf.
Nauwelijks had Anton voet op va
derlandse bodem gezet of hij werd
gearresteerd en overgebracht naar
'Das Sanatorium' zoals de 'Polizei-
gefangnis und Undersuchungs Ge
fangnis' in het voormalige grootse
minarie van Haaren werd genoemd.
In de cellen op de tweede etage aan
de kant van het binnenhof waren al
tientallen geheim agenten opgeslo
ten. Vanwege enkele ontsnappingen
werden zij op 27 november 1943
overgebracht naar de strafgevan
genis van Assen. Eind april 1944
45