naar de H.W.N. haven om de om
heining op te sieren. Eind 1945 lag ik
weer met mijn boot in de jachthaven"
Ondertussen kostte de herbouw van
de jachthaven handenvol geld. Aan
het Ministerie van Financiën, Afde
ling Bezettingsschade, werd begin
1946 een bedrag van 7500,-- als
schade opgegeven.
Zoals gebruikelijk was de overheid
niet snel met betalen waardoor pas
in juni 1949 tot uitbetaling werd
overgegaan. De vereniging ontving
echter maar
4673,--. Bij navraag naar het
lagere bedrag, werd doodleuk me
degedeeld dat men uit was gegaan
van het prijspeil van mei 1940 en
dat men de rest zelf maar moest
betalen.
In 1951 claimde de vereniging bij
het Ministerie van Wederopbouw
en Volkshuisvesting alsnog een
bedrag voor schade aan de vlotten
Een jaar later, juni 1952, werd dit
gehonoreerd met een bedrag van
692, --.
Haaike Abraham Jaarsma (1881-1970) met familie op de 'Folkert', liggend bij de werf van Visser.
"Ja daar lag de Folkert van loods
Jaarsma. Voor de nacht ligplaats ge
kozen bij de spoorbrug in Alkmaar.
De jaren van druk en honger zijn
den heer Jaarsma en zijn vrouw niet
zonder meer voorbijgegaan. Als je
hem in lang niet zag, zou je hem
niet meer terug kennen. Maar hij is
nog dezelfde zeeman in hart en nie
ren, zoals we hem kenden, zoals we
hem altijd aantroffen aan de haven.
Vijf jaar lang moest ook hij de zee
missen en we kunnen ons voorstel
len hoe dat vooral voor hem een
marteling geweest moet zijn.
Van april tot diep in september za
ten we op de Loosdrechtse Plassen,
vertelt Jaarsma ons. We hebben daar
velen geholpen. Ook herbergden we
dikwijls onderduikers.
De heer van Hengel, vroeger com
mandant van vliegkamp "de Mok",
bracht me eens een bezoek. Jaarsma,
zei hij, is je boot nog goed? Kunnen
we er mee naar Engeland? Mocht
het nodig zijn, ze konden mijn boot
krijgen. Voor dat doel wel. Ze zijn
niet meer terug geweest.
Ook Jaarsma verlangt naar Den
Helder. Als het kon, zeilde ik er
vanavond nog heen. Ik heb me aan
geboden als reserve- loods. Hier in
de kajuit van het licht schommelende
schip hangt de sfeer van Nieuwediep.
Ja, Nieuwediep hangt er letterlijk
ook: twee van Jaarsma's schilderstuk
ken versieren de wand. De zee.
wanneer zullen we de zee weer zien?
Voorlopig zal de heer Jaarsma
zijn schip ergens in de buurt van
Schoorldam vastleggen. De zomer
komt en we hebben rust nodig.
Maar als we naar Den Helder mo
gen..."
Helderse Courant 12 juni 1945
43