Kruis voer. Er was nog een schip.
Waar dat vandaan gekomen is weet
ik niet maar we zijn wel met dezelfde
sleepboot naar Zaandam gevaren en
hebben daar bij een fabriek het meel
gelost. De schipper van dat andere
schip was heel bang dat er iets gebeu
ren zou. Mijn vader is toen gaan vra
gen of dat schip als eerste gelost kon
worden. Het antwoord was dat hij
niet bang hoefde te zijn want ieder
een hier was van de ondergrondse en
als het eventueel fout zou gaan dan
zouden ze er een tijdbom in leggen.
Gelukkig is het nooit zover gekomen.
Noot van de redactie
De vader van Hennie de Jong moest
meel laden uit het Zweedse motor
schip "Hallaren". Het in 1929 ge
bouwde schip was 103 meter lang
en had een bruto tonnage van 2744
ton. De "Hallaren" was het eerste
vrachtschip dat kort na 5 mei 1945
in de haven van Den Helder afmeer
de. Overigens was ditzelfde schip
samen met andere Zweedse schepen
met hulpgoederen van het Zweedse
Rode Kruis, waaronder ook meel, al
op 28 januari 1945 met toestem
ming van de Duitsers Delfzijl bin
nengelopen. Deze hulpgoederen
waren bestemd voor de Randstad,
maar door ijsgang was vervoer over
het binnenwater vanuit het Noorden
niet mogelijk. Ook de andere ma
nieren van vervoer waren toen erg
moeilijk. Het brood dat van het
meel door de bakkers in Groningen
werd gebakken deed er een maand
over om in de Randstad te komen.
De tocht van de "Hallaren" naar
Den Helder was zeer moeilijk ge
weest. Zo had het schip een paar
maal op een haar na drijvende mij
nen gemist en had het daarna 17
dagen voor Delfzijl ten anker gele
gen voordat het onder Duitse! kon
vooibegeleiding naar Den Helder
kon varen. Het schip had meer dan
3000 ton voedsel van het Zweedse
Rode Kruis aan boord, waaronder
1850 ton meel.
Het Zweedse Rode Kruisschip in de haven.
Dinsdag 8 mei 1945, de eerste pantserwagens van de Britse eenheid T-Force voor het
gemeentehuis op de Kerkgracht.
'Deze foto is gemaakt op 1 april 1946 zoals wij als gezin op het schip leefden. Op 2
april zijn wij aan de wal gaan wonen. Hier heeft het schip een bruine roef want in de
oorlog mocht deze niet wit zijn van de Duitsers".
25