Vertegenwoordigers van de Leidse
burgerij droegen op 28 oktober
1918 het grafmonument aan de fa
milie Rijkers over. Het bestaat uit
een monumentale omranding, die
aan de voorkant open is. De achter
kant bevat in een uitgehouwen nis
een urn, waarboven de naam van
Cornelis Rijkers prijkt. Links is de
steunberen. Het Poortgebouw is een
ontwerp van de Helderse architect
Simon Krijnen en de Haagse archi
tect Willem Verschoor.
Bij de bouw van de Vakschool voor
Meisjes aan de Vijfsprong werd
Brouwer ingeschakeld door de Alk-
maarse architect Dirk Saai. Voor dit
object maakte de keramist de om-
De ommanteling van de lantaarns naast de ingang van de Vijfsprong.
datum van de geboorte gebeiteld,
rechts die van het overlijden. Een
inscriptie spreekt van de 'dankbare
herinnering aan moedige reddings
poging'. Het geheel is door symboli
sche rouwfiguren ingesloten en met
beelden versierd.
Jan Bremer en Jack Ambriola voe
ren tijdens rondleidingen over de
begraafplaats op weg naar Dorus
Rijkers hun bezoekers altijd langs
dit monument. Dorus Rijkers is in
1928 is namelijk naast dit graf be
graven. De sobere, strakke, grijze
grafsteen van de grote mensenred
der vormt een schril contrast met
het sierlijke grafmonument van zijn
moedige neef dat van warm bruin
steen is gemaakt.
Abstracte ornamenten
In de jaren 20 maakte Brouwer en
kele gevelversieringen voor gebou
wen in Den Helder. Hij voorzag het
Poortgebouw van de Woningstich
ting Den Helder van abstracte orna
menten. Ze bevinden zich aan de
zijde van de Van Galenstraat en ze
vormen de bekroning van twee
manteling van de lampen naast de
hoofdingang. Ook weer abstract van
vorm - zo werkte hij het liefst - en
door de warme kleur bruin naad
loos passend bij de bakstenen van
het gebouw.
Brouwer was, toen hij deze objecten
maakte, al een nationale bekend
heid. Dat had hij vooral te danken
aan zijn gevelversieringen voor het
Vredespaleis in Den Haag én aan
zijn methode om terracotta bestand
te maken tegen weersinvloeden.
Aanvankelijk kreeg hij een opdracht
voor een twee meter hoge adelaar
als gevelbekroning van het Vredes
paleis. Toen het ontwerp klaar was
en was goedgekeurd, stelde de op
drachtgever als eis dat de plastiek
van aardewerk eerst een winter lang
buiten werd opgesteld om zeker te
weten dat het materiaal weerbesten-
ding zou zijn. De Adelaar overleefde
de winter vorstelijk. Dat leidde tot
vervolgopdrachten: bouwbeeldwer-
ken en decoratieve bouwonderde
len, uit te voeren in terracotta, voor
de muren rond de binnenhof van
het Vredespaleis en ornamenten
voor in de tuin.
Ter herinnering aan de Carnegie-
stichting, die de bouw van het Vre
despaleis mogelijk maakte, creëerde
Brouwer een zitbank met fontein,
genoemd naar jonkheer mr. A.P.C.
van Karnebeek (1836-1925), des
tijds voorzitter van de stichting. Dit
gedenkmonument werd in 1915
achter het Vredespaleis aan de Car-
negielaan, op de hoek van de Sche-
veningseweg, geplaatst. In 1928 le
verde Brouwer een replica van de
Karnebeekbron aan Toronto als
'Williams seat'.
Zeegoden
Tot de gebouwen die met werk van
Brouwer zijn verrijkt, behoren de
St.Bavo-kathedraal in Haarlem, het
Spartastadion in Rotterdam, de Ga-
zellefabriek in Dieren, de Talensfa-
briek in Apeldoorn, cinema Royal
in Amsterdam, kasteel Oud-Wasse
naar, het departement van Handel,
Landbouw en Nijverheid aan de
Bezuidenhoutseweg in Den Haag,
handelskantoor Atlantic Huis in
Rotterdam en het Wilhelminazie-
kenhuis in Assen. Voor het kantoor
gebouw Noordzee in Rotterdam
maakte Brouwer 'Zeegoden', die het
bombardement van Rotterdam he
laas niet hebben overleefd. Voor de
Staatsmijn Maurits in Limburg be
dacht hij de 'Mijngod'.
Brouwer leverde ook 'beeldbouw
werk', zoals hij dat zelf noemde,
voor het Scheepvaarthuis in Am
sterdam, het pronkstuk van de Am
sterdamse school. Hij had graag de
beelden bij de hoofdingang willen
maken, maar dat ontwerp werd
door architect Jan van der Mey afge
keurd. Hij greep ook mis met zijn
ontwerp voor een grafmonument
voor J.B. van Heutz op de Nieuwe
Oosterbegraafplaats in Amsterdam.
In Alkmaar zijn verscheidene kunst
werken van Brouwer te zien. Vier
terracotta kariatiden op de muurpij-
lers in de voorgevel van het huis van
18