dat er wegens den ernst van den toestand niemand uit de forten mag, behalve dan degenen, die vanavond nog loopen te zoeken, waar ze ei genlijk thuis hooren, die van Pontius naar Pilatus zijn gezonden, en dood op zich op straat neervleien, flegma tiek afwachtend de dingen die er met hen zullen gebeuren. Verschillende winkeliers maken de uitstalkasten leeg, om er de nog niet 'thuis-bezorg- de' soldaten te etaleeren. Het is een dag geweest met een sta len zonnehemel..maar binnen in ons allen, jagen onrustig de sombere wolken. Zondag 2 Augustus: 'Ik doe de Hoogmis. Drie of vier militairen zijn er in de kerk, meer niet, want het kan niet voor alles beter is gere geld. Ze zijn voor de Hoogmis even stil weggeloopen uit het fort, om te kunnen biechten voor den slag, dien ze morgen of overmorgen verwach ten, en wel bij Bergen, omdat vol gens hen de Engelschen daar zullen landen met het plan, om door Hol land naar Duitschland op te rukken. Ik stel ze gerust, en ik meen het, want ik vind dat onzin. Over een paar weken zal alles wel weer thuis zijn. Allemaal volksfantasie! Toch vind ik het een akelig gehoor, onder de Hoogmis dat voortdurend tromgeroffel en trompetgeschal, dat zwaar marcheeren der manschap pen, dat dreunen der veldwagens en kanonnen..het kon toch wel eens waar zijn....doch ze zullen die dui zenden opkomers van gisteren nu laten wegmarcheeren naar de om liggende plaatsen! Maar het is toch een onrustwekkend gehoor, en het drukt loodzwaar op de toch al zoo neerslachtige menschen. Dat blijkt me onder de preek. Ik moet vrijwel improviseeren, en daarom komt er recht uit het hart natuurlijk een toe speling op wat er aan het gebeuren is, en een opwekking tot bidden om vrede..en ik schrik er van op..dat eensklaps heel het vrouwelijk deel van mijn gehoor in snikken uit barst. .wat de mannen doen kan ik niet zien, die zitten te ver af. Gauw maar ophouden hierover. Maandag, Dinsdag, Woensdag Aan onze forten wordt hard gewerkt. Overal liggen prikkeldraadversper ringen. .ook bij de toegangswegen tot de stad....op de Huisduinschen weg.over heele stukken land. Levensmiddelen worden opgesta peld in de Hervormde Kerk aan het Westplein, groote treinen met steenkolen komen binnen, alles wat noodig is om een beleg te doorstaan wordt klaar gemaakt. De volksfantasie vindt ruim voedsel in dat ongewoon gedoe. Ik hoor, dat verschillende scholen als kazerne ingericht zijn, en dat ook onze Zus terschool in de Jonkerstraat 180 man Alink als vlootaalmoezenier in zijn marine-uniform (op de voorste rij rechts naast de man met de decoraties).

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2013 | | pagina 36