bij de Sluis aan de Beursbrug, er was
een bedstede in dat huis en daarin
heeft hij zijn laatste strijd gestreden.
De tekenen waren zichtbaar door
dat hij met zijn schoenen aan het
beschot heeft bekrast. Toen hij dood
was liepen alle Domenis achter de
baar."
Haverschmidt verlaat Den Helder
dus in 1864, maar keert van tijd
tot tijd terug in de stad aan het
Marsdiep om er op te treden in
zaal Tivoli, gelegen in de driehoek
Koningsplein-Loodsgracht- Hoogs
traat. Zo ook in 1875. Na zijn optre
den ontvangt hij van de plaatselijk
Nutsvoorzitter het boek 'Ontwik
kelingsgeschiedenis en beschrijving
der gemeente Den Helder', geschre
ven door D. Dekker (Helder, Berk
hout en Co 1875).
Hij leest het boek na enige tijd in
Schiedam en staat stil bij het verhaal
van de luitenant ter zee le klasse
G.F.G. Gobius, die op 25 juli 1859
met zes zijner manschappen nood
lottig om het leven kwam door het
springen van een kanon, tijdens het
schijfschieten met het exercitievaar
tuig 'Pro Patria.
Het is een graag verteld verhaal en
waarschijnlijk door Haverschmidt
zelf "gearrangeerd" dat deze droe
vige gebeurtenis en vooral het lot dat
moeder en kinderen Gobius trof, aan
leiding vormde tot het ontstaan van
'Bedorven het 'Helderse' verhaal van
Frits en Suze, de kinderen van Go
bius (die overigens twee zonen had!).
Wahrheit und Dichtung liepen bij
Haverschmidt wel vaker dooreen.
Hier volgt het begin van de vertel
ling 'Bedorven uit de bundel 'Fa
milie en Kennissen' (4e druk, Schie
dam, 1894).
Bedorven
Een aardig paar daar boven op den
zeedijk: hij, een jongen van een jaar
of acht, met een donkeren krul-
lebol en groote oogen, niet minder
donker, en zijn zusje, een paar jaar
jonger, met blonde lokken en helder
blauwe kijkers, maar allebei met
rozen van gezondheid op de wan
gen. Nu is dat ook geen wonder.
Hoe kan een mens bleek zien, als
hij eiken dag de frissche zeelucht
inademt? En dat het blonde haar bij
de kleine meid al even prettig krult,
als het zwartbruine bij hem, spreekt
ook wel vanzelf. Er is geen kapper,
die zijn werk zoo goed doet, en zoo
goedkoop meteen, als de wind, en
dien hadden de kinderen daar op
den dijk meest altoos uit de eerste
hand, zoals hij nog frisch en ferm
van den oceaan komt. Om de waar
heid te zeggen, gaat hij wel eens wat
al te ferm op het land af.
Dijkstraat. Links op 'Het Dijkje', de zijgevel van Haverschmidts huis als laatste van de vooruitgeschoven rij woningen
16