Abraham de Jong beleefde de inval van de Duitsers in Arnhem aan boord van de kanonneerboot Hr.Ms. 'Freyr'. Beiden raken in Indië actief betrok ken bij de strijd tegen de Japanners. Tijdens de Slag op de Javazee op 27 februari 1942 bevindt Storm zich aan boord van Hr.Ms. 'De Ruyter', het vlaggenschip van schout-bij- nacht Karei Doorman. Hij sneuvelt wanneer zijn schip tot zinken wordt gebracht. Ook het schip van Bram, Hr.Ms. 'Kortenaer', wordt door een Japanse torpedo geraakt. Een geweldige explosie licht het schip als het ware uit het water en kwakt het er vervolgens weer in terug. De jager breekt doormidden. Vóór- en achterschip richten zich bijna recht standig uit het water op en zakken dan weg in de diepte. Haaien Bram overleeft de explosie. Voor de tweede maal ligt hij als drenke ling in zee. De temperatuur van het water is veel hoger dan dat van de Noordzee destijds, maar nu zijn de golven bedekt met een laag olie. De houten reddingvlotten waarmee de Kortenaer is uitgerust, komen bo vendrijven en vormen een redding boei voor hem en de 122 andere drenkelingen. De overlevenden zijn bang dat haaien op de bloedsporen af zullen komen, en leggen de ge wonden daarom op de vlotten. Na zeven uur ronddobberen worden ze opgepikt door HMS 'Encounter'. „Wij zagen jullie de lucht in gaan", ver tellen opvarenden van de Britse jager. „Als daar drie of vier levend afkomen, is het veel, zeiden we." Zijn vrouw ver telde later: „Daar in de Javazee is Bram in één nacht grijs geworden." Tijdens geheime verkenningsope raties spioneert Bram in 1942 als schipper van de zeilschoener Mol- lie langs de kust van Nieuw Guinea op de bewegingen van de Japanse invasievloot. s Nachts volgen ze de Japanse operaties, seinen snel hun rapporten naar huis. Overdag ver stoppen ze zich in kreken. Na een aantal maanden keert hij op eigen verzoek terug bij de 'echte' marine, op de Nederlandse lichte kruiser Hr.Ms. 'Tromp'. Daarmee neemt hij deel aan allerlei oorlogshandelin gen. Weer kruipt hij door het oog van de naald. Verschillende keren wordt zijn schip flink beschadigd door Japanse granaten, maar steeds komt hij er goed uit - ook al meldt de Japanse propaganda meermalen dat de Tromp tot zinken is gebracht. De oorlog brengt Bram niet alleen narigheid. Aan boord van de Tromp ontmoet hij als officier van dienst in Perth Joyce Medcalf. Deze Aus tralische marvaofficier komt code boeken brengen. „Het was liefde op het eerste gezicht", zal Bram later zeggen. Ze trouwen op 21 oktober 1944. Tien maanden daarna wordt hun eerste kind, Ian, geboren. Eind 1947 keert Bram terug naar Nederland. Zes jaar na zijn riskante vlucht ziet hij zijn familie eindelijk weer en kan hij zijn vrouw en zoon tje voorstellen. Provo's Zijn carrière bij de marine eindigt in 1968. Hij is dan als kapitein-ter- zee Commandant Maritieme Mid delen Amsterdam. Hij woont daar op de plaats waar ruim een eeuw eerder zijn voorvader, admiraal Van Gogh, het commando over de Nederlandse marine voerde. Hij kan daar zijn logistieke en organisatori sche talenten tonen en hij geniet van de vele representatieve verplichtin gen zoals staats- en vlootbezoeken. Hij is betrokken bij het huwelijk van Beatrix en Claus. Maar hij krijgt ook andere zaken aan zijn hoofd. Ma trozen en mariniers slaan op 4 april 1966 provo's uit het Centraal Station omdat die zondagsavonds hun meisjes lastig vallen. De volgende dag vegen ze Dam schoon. Ondanks de massale sympathie voor deze ac tie, worden alle betrokkenen krijgs- tuchtelijk bestraft. Hij moet zorgen dat die maatregel bij zijn manschap pen wordt uitgevoerd. „Hij was een goede, zorgzame vader, die veel om zijn gezin gaf. Maar aan boord had hij de reputatie streng te zijn", vertelt zijn zoon Ian (67). Hij is door Jan Spoelstra van het comité Nabestaanden Onderzeeboten op gespoord om hem op de hoogte te stellen van de vondst van het zilveren armbandje. „Ik wist niets van het be staan ervan", zegt de oud-diplomaat in Den Haag. „Mijn vader heeft daar nooit iets over verteld. Ik vind de vondst heel bijzonder. Een enorm toeval. Wat een ongelooflijke dingen kunnen er toch gebeuren! „Dat armbandje heeft hij speciaal laten maken. Hij moet het zijn ver loren toen ze probeerden de buiten boordmotor te starten. Hij heeft zich vast gerealiseerd dat hij veel risico 122

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2013 | | pagina 26