Buitenkant-Hartog begint in 1935
een koopjeshal in de Spoorstraat.
Een van de vroegere uitbaters Wil
lem Verhagen verkocht zelfs marga
rine wat hij voor alle duidelijkheid
op zijn winkelraam had aangegeven,
'W. Verhagen. Margarine'. Het le
verde een gedichtje op (misschien
hangend in de winkel) dat ook als
versje werd gezongen: Ik woon hier
aan de straat, ik ken er alle mensen,
de zegen van de Heer, wat kan je
beter wensen, W punt Verhagen
punt Margarine punt. De spreuk,
maar dan zonder de margarinevari
ant, is eveneens elders in het land
gesignaleerd.
Tegenover Eikie is op nr. 30 de zaak
in 'galanterie, ijzerwaren en speel
goed' van Greven die later wordt
voortgezet door de familie Hermans
van wie de jeugdige Herman in
1937 tijdens het zwemmen in het
Noord-Hollands kanaal verdrinkt,
een drama voor de familie en ook
een schok voor de meelevende
buurt waar iedereen elkaar kent.
In de 'Heldersche Courant' wordt
uitvoerig aandacht aan het ongeluk
besteed. De redactie wijst in vet
gedrukte tekst ouders nadrukkelijk
op het grote gevaar van zwemmen
zonder toezicht. Goed bedoeld na
tuurlijk maar Herman was 16 jaar
en wilde zo graag met zijn vriendjes
zwemmen. Arme familie.
Kromme Elleboogsteeg
Op nr. 32 is de deftige banketbak
kerswinkel, met als specialiteiten
heerlijke tompoucen en taaitaai van
Hendrik Burgers (door de jeugd
'Kale Kneu' genoemd) met naast de
zaak de garage waarin hij zijn auto
heeft gestald waarmee hij met zijn
vrouw Jansje Bakker (van 'De Rook-
ende Amerikaan' in de Spoorstraat)
alleen op stille zondagmiddagen
durft te rijden, niet in de ochtend
want op zondagmorgen is de winkel
gewoon open.
De huiskamer van Hendrik en
Jansje, op de hoek Middenstraat,
Kromme Elleboogsteeg wordt in
de sinterklaastijd leeggeruimd voor
de verkoop van suikergoed, cho
colade en marsepein waar wij ons
kleumend, door de ramen kijkend,
mateloos aan de zoete rijkdom
vergapen. Op de andere hoek van
de Middenstraat, Kromme Elle
boogsteeg bevindt zich op nr. 34 de
rijwielzaak van Karei Majolé met in
de steeg zijn werkplaats. Karei, een
aimabele man is zeer bedreven in de
handel van o.m. Simplex-fietsen die
hij later uitbreidt met de verkoop
van DKW motoren. Oppassen, want
als je als eerste je fiets ter reparatie
aanbiedt en tegen de muur zet, is
die het laatste klaar door de volgen
de kapotte rijwielen die er tegenaan
worden geplaatst!
De Kromme Elleboogsteeg (uit
komend in de Langestraat) is be
kend door het vooral door vissers
drukbeklante café, annex slijterij
van Diet Mos op de hoek van de
Langestraat. Het is gebeurd dat op
een donkere nacht een zekere heer
Moor na een gezellig bezoek aan het
café, met wankele tred zingend door
de schaars verlichte steeg richting
Middenstraat zweeft.
Louis van Loo (raadslid en later
wethouder) die tegenover de Krom
me Elleboogsteeg in de Midden
straat 43 woont is wakker geworden
door het gezang en herkent door het
dakraam direct de alom bekende
Moor.
Hij kan het niet laten en roept hard:
'Moortje!!!' die verbijsterd halt
houdt, op zijn knieën neerzinkt en
met omhoog geheven armen, ge
lovend in het goede, jammert 'Ja
Heer, ik kom'. Het verhaal moet
waar zijn want het komt ook voor in
het boek (1981) van Cees Schellin-
ger, O die Ouwe Helder. De humor
ligt toch op straat?
Luis aan de ketting
We winkelen verder in de Midden
straat. Naast Majolé is op nr. 36, on
geveer tegenover de Jodensteeg (lei
dend naar de Smidstraat) de slagerij
van de uit het Friese Heeg afkomstige
Piet Pruiksma (voorheen Broersma),
die ook paardenvlees verkoopt wat
Middenstraat 47, manufacturenzaak 'De Duif' van mevrouw Brasser-Schoorl.
Van de 3 dames voor de winkel, in het midden mevrouw Brasser-Schoorl met rechts
haar moeder.
113