Vertraagde aflevering Zr.Ms. ramschip'Schorpioen'
Dick Vries
Optimisme
In 1867 bestelt de Nederlandse re
gering een aantal dan zeer moderne
van ijzer gebouwde en gepantserde
ramschepen en monitors bij par
ticuliere werven in Engeland en in
Frankrijk. Eén van de betreffende
ramschepen is de 'Schorpioen',
te vermelden, dat het contract voor
de bouw van het ramtorenschip
'Prins Hendrik der Nederlanden' als
leidraad heeft gediend voor het con
tract met FCM en dat eerstgenoemd
contract geen enkele aanleiding tot
moeilijkheden heeft gegeven.
Op 18 januari 1868 wordt de 'Schor-
Het museumschip 'Schorpioen' van het Marine museum in het natte dok van de
Oude Rijkswerf Willemsoord, zomer 2012. (Foto Dick Vries)
thans museumschip van het Mari
nemuseum, die besteld wordt bij de
Franse werf van de Compagnie des
Forges et Chantiers de la Méditerra-
née (FCM) te Fa Seyne, bij Toulon
aan de Middellandse Zee. Het schip
wordt daar in augustus 1867 op
stapel gezet.
In november 1867 deelt de minister
van marine, G.C.C. Pels Rijcken,
aan de Tweede Kamer mee, dat in
het contract met de FCM is bepaald,
dat het ramschip 'Schorpioen' op 15
maart 1868 zal worden afgeleverd
en dat hij er vertrouwen in heeft, dat
de contractant aan deze verplichting
zal voldoen. Hij licht dit toe met
pioen' bij de FCM te water wordt
gelaten. Een maand later wordt
kapitein-luitenant ter zee Willem
Karei Van Gennep bij Koninklijk
Besluit naar Frankrijkgedetacheerd
om vanaf 1 maart toezicht te hou
den op de afbouw van het schip.
In het voorjaar van 1868 moet ech
ter al duidelijk zijn geweest, dat de
geplande afleverdatum niet gehaald
wordt. In sommige Vaderlandse
bladen verschijnen dan zelfs al on
gunstige berichten. In de loop van
de maand april wordt niettemin
duidelijk, dat de voor de 'Schorpi
oen' geselecteerde bemanning eerst
daagszal afreizen naar Frankrijk.
De genoemde ongunstige berichten
kunnen dus minst genomen als zeer
overdreven beschouwd worden.
Proeftochten
De al in Frankrijk verblijvende
kapitein-luitenant Van Gennep krijgt
in dezelfde maand april de bevelvoe
ring over het schip opgedragen. De
luitenant ter zee J.F. van Kervel wordt
le officier en de luitenants ter zee 2e
klasse R.T. du Cloux, F.W. Hudwig
en H. van den Pauvert worden even
eens aan de état major toegevoegd.
Het zelfde geldt voor de officier van
gezondheid 2e klasse C.J. van Stoc-
kum en de officier van administratie
2e klasse W.F.E. la Rutte.
De reis van de manschappen en de
officieren, tezamen 110 man, naar
Frankrijk begint op 12 mei 1868 in
Den Helder met de inscheping aan
boord van het raderstoomschip le
klasse Zr.Ms. 'Valk' waarmee naar
de Moerdijk wordt gevaren.
Vanaf de Moerdijk wordt de reis
op 15 mei per spoor voortgezet. Na
een kort oponthoud in Paris gaat
de treinreis verder naar Toulon
waar men in de morgen van 17 mei
aankomt en inscheept op de 'Schor
pioen'. Op de zelfde dag wordt het
schip in dienst gesteld.
De eerste proeftochten met het
schip geven echter onvoldoende
resultaten - ten aanzien van de
snelheid der vaart' - te zien. Hier
door dienen 'herhaalde veranderin
gen aan het schip' in het bijzonder
aan de schroeven en schroefassen
te worden aangebracht om alsnog
het gewenste resultaat te bewerkstel
ligen. Daarbij worden aldus Van
Gennep 'door de Compagnie geen
moeite en onkosten gespaard om te
voldoen aan de bij contract bepaalde
vaart'.
72