Openbare bibliotheek
Jan T. Bremer
door een granaatscherf werd ge
troffen.' Aldus de directrice van de
Openbare leeszaal in de Breewater-
straat in haar jaarverslag over het
oorlogsjaar 1940. Het verslag was
somber van toon: het aantal jaarle
den was teruggelopen van 705 naar
560, voornamelijk wegens vertrek.
Er was echter één lichtpuntje: va
der Bremer was juist lid geworden
nu we in Breezand woonden. Voor
het kapitale bedrag van 2,50 per
Openbare leeszaal en bibliotheek
Breewaterstraat.
De uitleenbalie. Links mevrouw
Wilhelm. Op de achtergrond Ans Bakker,
op de voorgrond Agnes van 't Veer.
'Ons oude gebouw, dat zoo oud en
bouwvallig en vochtig is, dat we er
bijna niet kunnen werken en waar
wij allen vroeg of laat reumatiek op
doen, is staande gebleven. Rondom
zijn mooie nieuwe gebouwen tot
puinhopen geworden, maar tot nu
toe bleef de leeszaal staan. Het eni
ge slachtoffer was een muis, die
jaar mocht hij elke week een van
de 14.000 boeken lezen en ook
nog enkele jeugdboeken. Van die
jeugdboeken hadden ze er om pre
cies te zijn 2411. Meestal ging va
der op zaterdag naar Den Helder
met de boeken in een donkergrijs
omslag én een lijstje van de door
ons verlangde nummers uit de ca-
talogus. Soms kwam-ie tot onze te
leurstelling met een boek thuis, dat
niet op ons lijstje stond. Er was niks
van jullie lijstje, beweerde-ie dan, 't
meeste was uitgeleend, sommige
boeken waren weg. Dat laatste was
niet zo verwonderlijk: een deel
van de uitgeleende boeken was bij
bombardementen verbrand. Een
ander deel lag nog wel ergens bij
mensen thuis, maar die bewoners
waren zelf niet aanwezig, gevlucht
naar elders, nooit meer aan die
boeken en die bibliotheek gedacht.
Allemaal tot je dienst, maar wij za
ten er maar mee.
8