Meesterwerk van tekenleraar Leich
Portret van zwarte korporaal 'Jan Kooi' met Militaire Willemsorde
Wout Smit
De adelborsten aan het Koninklijk
Instituut voor de Marine (KIM) kre
gen van 1854 tot 1888 tekenles van
Johan Coenraad Leich. Hij was geen
militair, maar een burger.
Sinds 1849 was hij verbonden aan de
tekenschool van de Maatschappij tot
Nut van 't Algemeen aan de Hoofd
gracht.
Bij zijn komst introduceerde hij zich in
het Weekblad van Den Helder en het
Nieuwediep per advertentie: 'De On-
dergeteekende, benoemd tot Plaatse
lijken Teekenmeester alhier, verwittigt
het Publiek, dat hij zich als zoodanig
in deze Gemeente heeft gevestigd. Zij,
die verlangen privaat onderwijs te
ontvangen, worden verzocht, zich te
vervoegen ten huize van den Heer Hes-
selink, aan den Kanaalweg, waar nadere
inlichtingen te bekomen zijn. Ten aan
zien van de opening der Teekenschool
verwachte men nadere aankondiging.
J.C. Leich. Kunstschilder.'
Blijkbaar bouwde hij al snel een goede
naam op, want enkele jaren na zijn
komst werd hij aangetrokken als te
kenleraar voor de kwekelingen van de
Rijks-Normaalschool (tegenwoordig
Pedagogische academie) en voor de
leerlingen van de Industrieschool
(Technische school).
Leich was niet alleen leraar, maar ook
kunstenaar. Als stadstekenmeester trok
hij erop uit om
karakteristieke Helderse beelden vast
te leggen zoals de haven, de duinwa
terleiding, het weerstation op de dijk
en schepen. Daarnaast maakte hij
religieuze en historische afbeeldingen
('Christus voor Pilatus' en 'De bangste
dag van Alkmaars beleg'). Bovendien
leverde hij illustraties voor boeken,
zoals 'Tafereelen uit de Nederland-
De Afrikaanse
huursoldaat
Jan Kooi in vol
ornaat met zijn
onderscheidingen,
geportretteerd
door Johan
Coenraad Leich.
Museum
Bronbeek,
Arnhem.
sche Geschiedenis', 'Aanschouwelijke
Natuurkunde' en 'De Prinsen van
Oranje-Nassau in Nederland'. Ten
slotte maakte hij een aantal portretten,
o.a. van kroonprinses Wilhelmina en
zeeredder Cornelis Dito. Het meest op
merkelijke werk van hem in dit genre
is een schilderij van een zwarte man
met kroeshaar in een militair uniform
met goudkleurige knopen en een aan
tal medailles op zijn borst, waaronder
die van Ridder der 4e klasse van de
Militaire Willemsorde.
Afrikaan
Deze zwarte man werd 'fan Kooi' ge
noemd. Hij was een van de drieduizend
Afrikaanse huursoldaten die in het
Koninklijk Nederlands-Indisch Leger
(KNIL) dienden. Bij zijn terugkeer naar
huis na een diensttijd van twaalf jaar,
maakte hij een tussenstop in Harder
wijk. Daar bevond zich het Koloniaal
Werfdepot. Koloniale troepen wachtten
er op hun uitzending naar de Oost of de
West. Afzwaaiende militairen wachtten
er op hun ontslagpapieren, reisbiljetten
en bewijsstukken voor hun pensioen of
andere uitkeringen.
Of Leich het portret in opdracht of op
eigen initiatief heeft gemaakt, is niet
bekend. Zwarte soldaten waren geen
onbekend verschijnsel voor hem. Vanuit
de tekenzaal op de eerste verdieping van
het K.I.M. zag hij regelmatig schepen
met koloniale troepen aankomen en
vertrekken. Vooral het vertrek ging met
veel veiligheidmaatregelen gepaard,
omdat men bang was dat soldaten on
derweg vanaf het station naar de haven
zouden deserteren. Bij terugkeer van de
koloniale troepen bevonden zich onder
de zieke soldaten soms ook Afrikanen
die direct vanaf het schip naar het Ma
rinehospitaal naast het K.I.M. werden
overgebracht.
62