impuls voor de handelsactiviteiten
aan het Nieuwe Diep. Daar zorgde
Amsterdam wel voor.
Lodewijk Napoleon Bonaparte had,
onder andere uit vrees voor illegale
acties zoals smokkel, in zijn konink
rijk het zogenaamde "onvrije territoir"
ingesteld:
Langs alle grenzen aan land- en zee
zijde werd een strook grond van res
pectievelijk 5500 en 2600 meter breed
bestempeld als "onvrij territoir", waar
zeeschepen niet mochten lossen of la
den. Alles wat zich op dat terrein be-
Detail uit de kadastrale kaart van 1841.
Groot Noordhollandsch Kanaal
Er waren inmiddels ook al plannen
voor een verbeterde en veilige kanaal
verbinding tussen het Nieuwe Diep
en Amsterdam. Bij de besluitvorming
in januari 1817 werd uit angst voor
verzet van die stad overigens bewust
niet gerept over een kanaal. Amster
dam zou dat verkeerd opvatten, zien
als een bedreiging van haar eigen
handel, en het werk stil laten leggen.
Dus ging het zogenaamd om de goed
keuring van een geldlening ten be
hoeve van het Koegras, de aanleg van
een binnenvaart met jaagpad en de
voortzetting van de werkzaamheden
aan het Nieuwe Diep.
Het voorlopige eindresultaat in
1818 zorgde trouwens wel voor een
vreemde situatie: een kanaal dat vanaf
het Nieuwe Diep tot aan het Zand
geschikt was voor grote schepen,
maar vervolgens een minimale kop
peling had via de Keinsmervaart met
de Groote Sloot, de oude, ongeschikte
trekvaart.
Pas in juli 1819 werd een begin ge
maakt met de aanleg van het volledige
Groot Noordhollandsch Kanaal. De
officiële opening eind 1824 was geen
6
