[a
Luchtfoto van een deel van de Visbuurt op 16 september 1971. Links de enigszins verlegde Ruyghweg naar de Havenweg. (1) De
"Steeg van Buter". (2) De Maranathakerk. (3) Het "Marinierspleintje". (4) Het pakhuis van Former. (5) Het "Hofje van Former"
(6) Het "Hofje van Minneboo". (7) Hofje aan de Ruyghweg (foto: L. Berg).
In de jaren vóór de oorlog kwam de
Vogelbuurt tot stand. Deze zou gezien
kunnen worden als een welkome uit
breiding van de Visbuurt. Hier werd
geheel anders dan in de oude Vis
buurt op grotere schaal onder archi
tectuur gebouwd. Zo zijn de meeste
huizen tussen Fazantenstraat en
Reigerstraat door aannemer Riemers
gebouwd naar een ontwerp van de
landelijk bekende architect B.T Boe-
yinga. Hij was tevens de architect van
de Rehobothkerk die aan de Vogel-
buurt een bijzonder accent verleende.
Zeker, de sfeer in de Vogelbuurt was
anders dan die in de Visbuurt, maar
toch ontstond er vanuit de Visbuurt
een duidelijke trek naar deze nieuw
bouw. En de Rehobothkerk werd in
de volksmond wel het ,'Urker kerkje'
genoemd, een benaming die voor
zichzelf spreekt. De eerste steen van
deze kerk was in 1934 gelegd door
ds. Tollenaar. Het is mij niet duidelijk
waarom juist hij dat deed, daar toch
ds. Joh. Meynen de predikant van
deze wijk was. Ds. Tollenaar hoorde
eigenlijk bij de Bethelkerk en woonde
daar ook naast. Ds. Meynen woonde
op Binnenhaven nr. 15, naast Coen
Bot, die ook een trouwe bezoeker
van de Rehobothkerk was. Wie heeft
later toch de euvele moed gehad om
dit herenhuis af te breken en te ver
vangen door het huidige bouwsel?
Veel later zou ook ds. Tollenaar (na
zijn 'vrijmaking') op de Binnenha
ven komen wonen en wel op nr. 54.
Toen woonde merkwaardigerwijs het
grootste gedeelte van zijn gemeente in
de Visbuurt, maar de Rehobothkerk
bleef'synodaal'. Het vrijgemaakte deel
van de gereformeerden week uit naar
de Nieuwe Kerk aan de Weststraat.
Men moest zondags wel vroeg uit de
veren, want de morgendienst moest
gehouden worden voorafgaande aan
de hervormde dienst die om half elf
begon. De klok luidde alleen voor de
hervormde eigenaars van deze kerk.
Het zal echter door de vrijgemaakten
niet als een probleem ervaren zijn.
Het 'Rehobothje' had immers ook
nooit een luidklok gehad.
Wat de Rehobothkerk betreft, je kon
daar nog bepaalde Urker gewoontes
aantreffen. Zo waren er mannen die,
voordat ze de kerk betraden, eerst
hun pruim uit de mond haalden. Ook
was er een echtpaar dat getweeën
ter kerke ging, maar in de kerk niet
naast elkaar ging zitten. Dat waren ze
4XX-
Iüt- at as»L-
Ili-Jl
li
I