UL1! ,.UW1 111
I B HS-
W I S -V
En die mannen van de luchtbescher
ming huisden in een soort klein poli
tiebureau in de Visbuurt. Om precies
te zijn aan de Spoorgracht vlakbij
de Botbrug. Die Botbrug was in de
vooroorlogse jaren een zogenaamde
draaibrug en als brugwachter Maigret
een goeie bui had mochten wij jon
gens wel eens 'meedraaien op de brug
als die open moest. En dat vonden wij
héél apart. Ik vond dat Maigret, die
tevens schoenmaker was, mijn schoe
nen wel verzolen mocht. Maar dat
deed mijn vader helaas zelf. Dat deed-
ie niet zo goed, doch wel goedkoper
dan Maigret.
Van die luchtbescherming begrepen
we niet zoveel. Er zouden vijande
lijke vliegtuigen kunnen komen die
bommen op de stad zouden gooien.
Maar wat moesten die mannen in dat
luchtbeschermingsbureau daar tegen
doen? Dat we op Rehobothschool oe
fenen moesten om bij een luchtaanval
zo snel mogelijk het schoolgebouw
te verlaten, dat begrepen we wel. En
dat we, omdat de schuilkelders nog
niet klaar waren, bij mensen aan de
gracht moesten gaan schuilen, nou ja
dat snapten we ook nog wel. Al leek
zon schuilkelder ons toch wel beter,
in elk geval interessanter. Maar, zoals
gezegd, die schuilkelders waren nog
lang niet klaar in de Visbuurt. 't Was
ook een malle vertoning zo'n schuil
kelder midden in de straat. Want zo
breed waren die straten doorgaans
niet. Na verloop van tijd werd me
duidelijk dat de mannen van de
luchtbescherming allereerst moesten
zorgen dat de mensen braaf deden
wat hun opgedragen werd. Dat was
zorgen voor een goede verduistering
's nachts, zodat we vanuit de lucht
dan niet zichtbaar waren. 'Door het
laten uitstralen van licht brengt men
niet alleen zichzelf, maar ook zijn
medeburgers in gevaar en daar kan
niet krachtig genoeg tegen opgetre
den worden'. Zo stond het in de krant.
Vervolgens zorgde de luchtbescher
ming ook voor tijdige waarschuwing
bij een vijandelijke luchtaanval.
De oude Botbrug is vervangen door een vaste brug. Rechts naast het hotel het
voormalige politiebureau.
Brandweer- en luchtbeschermingsoefening tijdens de mobilisatie in 1939 op de
Rijkswerf.
'Luchtalarm wordt gegeven door een
afwisselende hoge en lage janktoon
van de sirenes'. Jawel, zo stond het er
echt. Die janktoon, dat klopte hele
maal.
Maar nou komt 't. Bij luchtgevaar
moest iedereen zich van de straat ver
wijderen. Auto's moesten rechts van
de weg staan, paarden met het leidsel
vastgebonden worden aan het wagen
wiel. En ik moest dekking zoeken in
het dichtstbijzijnde huis. Maar hoe ik
ook aanbelde, er werd niet openge
daan. En toen, jawel, toen was er een
man in een geitenleren jekker van de
luchtbeschermingsdienst die me zag
martelen. Die trok me naar binnen
in dat toen vrij nieuwe politieonder-
43