rrr
..J !LJ: J y I
■m..
Bbi
w
nen niet eens anders hoogstens
een paar woorden in onze taal. Onze
taal. Zij hebben dus een andere taal,
maar, maar hoe komt dat nou? Een
beetje ongeduldig begon hij over het
verhaal van de torenbouw in Babel,
óók een verhaal dat ik kende. Nou
dan? Ja, maar
Bij het uitbreken van de oorlog zijn
de Chinezen blijkbaar verdwenen.
Waarheen? Amsterdam? Rotterdam?
Zou ooit één van hen zijn vaderland
hebben teruggezien? Van Wong Gum
weten we zeker van niet. Want in de
burgerlijke stand van de Helderse
Courant van 11 november 1941 stond
met kleine letters: Overleden: Wong
Gum 54 jaar. Hij zal op Huisduinen
begraven zijn, maar ik heb z'n graf
nooit gevonden.
Smederij Vermoten
We woonden een beetje apart aan de
Buitenhaven. Helemaal erbij horen,
bij de Visbuurt, deden we niet en dat
heeft me altijd gespeten. Want elke
dag sjouwden we over de Ankerpark-
brug, doordeweeks naar de Reho-
bothschool en zondags naar het Leger
de Heils. En zeg nou niet, dat de
Rehobothschool buiten de Visbuurt
ligt, want dat weet ik zelf ook wel. Het
is bovendien niet helemaal waar: de
jongens die daar naar school gingen De "Stinksteeg" tussen de Jonkerstraat en de Gasstraat.
bij meester Rob den Hartog, kwamen
bijna allemaal uit de Visbuurt: Kees
Kramer, Jan Kraak, Rein Pasterkamp,
Piet Plaatsman, Okke Post, Jelle Ras,
Riekelt Romkes, Jaap Ruiter, Okke
Visser, Willem Woort, Klaas Sluiter.
Als je het aan de namen niet hoorde,
dan róók je 't wel. Vis en teer en zo nu
en dan nog wel iets anders, maar vis
en teer vooral.
Het was de geur die in de talloze
steegjes hing tussen de Visstraat en
de Vijzelstraat, de lucht van geteerde
schuttingen en getaande netten, van
vis die gerookt werd achter het huis
van tante Baaf, de moeder van m'n
ome Freek, in de hoek tussen Vis- Rechts de Keizersbrug. Links daarvan de winkels met onder andere "Smitje". Uiterst
straat, Beukenkampstraat en Ruygh- links de Gasbrug met op de hoek de groentewinkel van Van Os.
weg.
l\