prijs en is de vangst groot dan horen
we in de straten, de schelle jongens
stemmen, die met hoog geluid schette
ren: „sardien! sardien!" Het is hier ter
stede een echt najaarsgeluid, het geeft
iets bijzonder en eigens aan de plaats.
Laten we voor onzen ijvere plaatsge
noten, die bij nacht en ontij bezig zijn
een boterham trachten te verdienen,
hopen, dat de vangsten flink ruim
mogen zijn en dat er hoge prijzen zul
len worden besomd. Sardien is in het
land een gewild visje. Niet alleen dat
van hieruit een grote hoeveelheid in
gerookte toestand het land in gaan,
doch ook grote partijen worden door
de rokerijen te Monnikendam van hier
betrokken. Behalve vletten, nemen ook
wel de schuiten deel aan de sardienvis
serij en voor hen is dit bedrijf, als het
weer de Noordzeegang niet toelaat,
nog een ware uitkomst. Donderdag-
De makrelen hangen aan de speet in de rookruimte te drogen. Na voldoende droging
werd de vis boven de rookkisten gehangen om gerookt te worden.
nacht en vrijdagochtend zijn enorme
hoeveelheden sardien gevangen. De
vletten waren afgeladen vol. Het kon
haast niet anders of de prijzen moesten
daardoor sterk teruglopen. Werd in
het begin der week tot zelfs 6.- per
mandje besteed, thans liepen de prij
zen van 1.25 tot 3.- per mandje.
Door de grote vangst kon dus per vlet
nog een aardige besomming worden
gemaakt. Ook de motorbotters leggen
zich deze dagen op de sardienvisserij
toe, nu het weer de Noordzee visserij
niet toelaat, enige winst te bemachti
gen. Zelfs bedienden twee botters zich
van een ansjovisnet, dat ze, slepende
tussen zich in, door de haven trokken.
Een prachtige tekening van Leo Pinkhof
uit 1923 van een rokerij aan de
Visstaat. Het onderschrift meldt: In de
Visrokerij. De honderden daar hangende
scharretjes met hun lieflijk aroom,
doen zich reeds uit de verte aan ons voor.
Wij zien de eigenaardige stookplaatsen,
waar met vochtige mot en krullen de
rook ontwikkeld wordt, die nodig is voor
de rokerij, en de visjes op de bekende
typische wijze aan stokken geregen of
opgehangen aan de drooglijnen."
30