jaren later nog regelmatig op dezelfde
plaats zou komen kon ik toen nog
niet bedenken. Nu heeft het Leger des
Heils namelijk haar korpsgebouw op
de plaats van de kleuterschool.
Mijn lagere schooltijd was op de Re-
hobothschool aan de Keizersgracht.
Met de juffrouwen Nieman en Vonk
in de eerste twee klassen. Daarna
de meesters Hoekstra, Wijker, Kra
mer en in de zesde klas meester De
Hartog. Het enige wat we als extra
hadden was schoolzwemmen in het
Pierebad aan de Dijk bij badmees
ter Bandt. Bij meester Marinus aan
de Ruyghweg stond een bordje met
de watertemperatuur. Als deze -ik
dacht- 14° C was werd er gezwom
men. Omdat ik zwemmen niet leuk
vond, was ik blij als de temperatuur
lager was. Verder werd op school
niet veel gedaan. Film draaien of iets
dergelijks was er niet bij. Wel herin
ner ik mij een middag die we met een
aantal klassen doorbrachten op de
zolder. Daar werden dan op een epi
diascoop platen vertoond die onder
andere door de kinderen waren mee
gebracht. Omdat meester De Hartog
de zaak niet in de hand kon houden
was het al snel chaos. Het gevolg was
dat we allemaal naar de klas konden
terugkeren.
Een schoolreisje in de zesde klas naar
Nijmegen en de Heilig Land stichting
kon ik niet meemaken. Daar was
geen geld voor. Een bedrag van toen
fl 6,25 kon Bruintje niet trekken.
Kort voordat de bewuste dag aan
brak vroeg meester De Hartog of ik
toch niet mee wilde. Natuurlijk wilde
ik dat wel, maar meester wist ook
waarom het niet kon. Het was geen
punt zei hij toen: er was een leerling
ziek die wel al betaald had. Hij zou
dat dan voorschieten en ik kon dan
terugbetalen per week. Omdat mijn
moeder daar mee instemde ben ik die
dag mee geweest. In de boemeltrein
naar Nijmegen. De dochter van de
sigarenboer Van Loo uit de Keizer
straat hing zo vaak uit het raam van
de trein dat haar lichte jurk vol zat
met zwarte spetters van de roet uit de
locomotief. In de tijd daarna nam ik
elke week een kwartje mee, maar ik
weet zeker dat het na een tijdje niet
meer nodig was. Meester had de rest
kwijtgescholden. Als onderwijzer
bakte hij er niet veel van, maar als
mens was het een zeer begaan man.
Buurtactiviteiten en buiten spelen
Nu we een strenge winter achter de
rug hebben komen mij schaatswed
strijden op de gracht in gedachten.
Met de bekende koek-en-zopie,
muziek en verlichting was het een
gezellige boel. Bij een gondelvaart
door de grachten (vanwege wat voor
gelegenheid weet ik niet meer) mocht
ik op een van de dekschuiten zitten.
Een wintertafereel met schaatsers en
een slee (waar ik op zat) en een echte
ijsbaan van staven ijs uit de ijsfabriek
van Van der Vaart in de Brouwer
straat. De schaatsers maakten een
paar slagen van de voor- naar de ach
terkant vice versa. Uiteraard was dit
een zomergebeurtenis.
Voor de rest vermaakten wij ons op
straat met de bekende spelen als hin
kelen, knikkeren, touwtje springen,
en degelijk Daarbij konden we naar
de speeltuin (gelegen tussen de Vijzel
straat en Visstraat) die zijn ingang aan
de Visstraat had. De opzichter, Daan
van 't Hert, hield er goed de wind
onder. Je waagde je niet aan het uitha
len van kattenkwaad. Maar omdat ik
niet zo gek was op een draaimolen lag
ik meestal op het gras in de zon. Ik
heb nog eens een klavertje vier ge
vonden dat uiteraard heel lang werd
gekoesterd in een luciferdoosje. Extra
geluk heeft het mij bij mijn weten
niet gebracht. Het was waarschijnlijk
meer het idee. Wel ging ik 's winters
naar de hobbyclub, figuurzagen, en
dergelijk Als kerstcadeau kreeg ik in
die tijd een figuurzaag. Niet zon plat
geval dat alle kanten op zwabberde,
maar een stevige zwart gelakte gebo
gen buis. En al wordt hij niet meer
gebruikt: ik heb hem nog steeds.
Verhuizen
Dit jaar is het zestig jaar geleden
dat wij gingen verhuizen naar een
nieuwbouwwoning van de Wonings
tichting. Aan de Burgemeester Hou-
wingsingel, Merelstraat en Lijster
straat waren nieuwe huizen gezet. Wij
kregen er een van toegewezen aan
de Burgemeester Houwingsingel nr.
117. Wat een verandering. Van was
sen op zaterdagavond in de teil (in
de winter in de woonkamer voor de
kachel) kregen we hier een badkamer.
Toen noemden we dat de douchecel
en eigenlijk was het ook niet meer
dan dat. Maar het was toch wel een
verademing dat je kon douchen. Hoe
wel midden in huis was het 's winters
niet echt warm, maar dat gaf niet.
Daarnaast kreeg ik voor het eerst
een eigen kamer. Die ik overigens wel
moest delen met familieleden die een
weekend thuis kwamen. We verhuis
den op Goede Vrijdag. Mijn oudste
broer was ook thuis van een reis (gro
te vaart) en die zorgde er voor dat de
handkar waar alle spullen op werden
geladen naar de nieuwe woning werd
geduwd. Vele handen maakten licht
werk en aan het eind van de dag wa
ren we 'over'. Niet echter dan nadat
we nog een flinke hagelbui over ons
heen hadden gekregen. Vóór het huis
was het nog een bende. Een plantsoen
moest nog worden aangelegd. Met
deze verhuizing kwam er eind aan het
Pilo-ër zijn. Nu woonden we in de
Vogelbuurt. Rondom woonden heel
veel gezinnen die waren meeverhuisd
met de Algemene marinemagazijnen.
Zij kwamen uit Rotterdam, Helle-
voetsluis, en dergelijke. Toen kon ik
nog niet bedenken dat ik later 40 jaar
bij dezelfde baas zou werken.
Tot slot
Een paar anekdotes moet ik toch nog
vertellen. Op de Bassingracht was de
horlogewinkel van de alom bekende
Theo Mallet. Zijn motto was: "Theo
laat ze tikken". Een klein winkeltje
met een reparatiewerkplaats op de
zolder. Midden in de winkel was een
22