Een oorlogsherinnering van Elly Zeylemaker Monument op de Algemene Begraafplaats te Huisduinen ter nagedachtenis aan de burgerslachtoffers van de bombardementen op Den Helder in de Tweede Wereldoorlog (1940-1945). Toen we op 4 mei 1940 met de buren voor de winkel stonden om onze 'be vrijders' te verwelkomen, vluchtten we snel weer naar binnen. Het waren geen 'bevrijders', maar bommenwerpers! Veel bombardementen hebben we daarna meegemaakt, vooral op de vrij dagmiddag. Als we dan les hadden van de heer Hendriks (wiskunde) moesten we altijd naar de gang. Deze leraar werd bij het bombardement van 23 Juni met zijn gezin dodelijk getroffen In de nacht van 10 op 11 oktober werd in de Spoorstraat vishandel Kraan getroffen. Daarom was het beter dat we allemaal beneden bleven slapen, achter de winkel. Alleen de twee zusjes sliepen toch boven. Aan bombardementen wen je niet, of mis schien toch wel? Toen ik in de nacht van 12 oktober wakker werd dacht ik alleen, wat ruikt het hier naar zwavel. Aan een bombar dement dacht ik pas toen mijn zusje haar benen niet kon bewegen, er lag iets zwaars op. Wat veel meer indruk op me maakte, was 't geschreeuw (of gegil) van m'n vader om mijn oudste broer Nic. Zijn geroep om mijn broer heeft niemand van ons ooit vergeten. De Spoorstraat kort na het bombardement van 12 oktober 1940. Rechts is de drogisterij van Ham nog te zien, links daarvan de sigarenzaak van N. Schutte. De Openbare Lagere School aan de Langevliet nr. 60 werd in 1940 door de Duitsers gevorderd en in gebruik genomen als ziekenhuis. Wist hij, of voelde hij intuïtief dat hij getroffen was? Wij woonden tegenover Rialto. Daar stonden Duitsers naar de plaatjes van films te kijken. Zij kwamen meteen en hielpen ons uit de puinhopen. We werden met de ambulance naar 't noodziekenhuis in Julianadorp ge bracht, zonder mijn oudste broer. Wat beslist veel indruk op me ge maakt heeft, was de komst van pas toor Koopman. Het verhaal ging dat hij tot drie keer lopend naar Juliana dorp kwam. Dat hij drie keer kwam om te vragen waar mijn broer precies lag is zeker, maar lopend Uitein delijk werd er genoeg van hem gevon den om te kunnen worden begraven. Toen ik verleden jaar voor een klas kinderen een praatje hield over de oorlog en een jongen vroeg "heeft u daar nog verdriet over, nu nog?", kon ik hem Goddank antwoorden: "ook verdriet slijt met de jaren". S. Hoekstra, Den Helder 114

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2009 | | pagina 28