Herinneringen aan Den Helder (2) gracht 6 begaf, vreesde men dat het ergste bewaarheid zou worden. Hij overhandigde oma een telegram en daar stonden slechts twee woorden op - ONGEDEERD-JACOB-. Huilend, maar nu van vreugde, vielen oma, mijn moeder en broer Piet el kaar in de armen. Korte tijd later arri veerde opa. Alle gordijnen weer open Op de Algemene Begraafplaats van Huisduinen bevindt zich, niet ver van het marinemonument voor de Adder, een monument ter herinnering aan de slachtoffers van Hr. Ms. Frans Naere- bout (zie hiervoor J.T. Bremer en L. R. Deugd Bijzondere mensen, bijzon dere zerken, pag. 91 e.v.) Enige jaren geleden kocht ik het boek Vloot Vereeuwigd. Auteur Harry de Bles e.a. Op pag. 63 staat een foto van de begrafenis van de slachtoffers van De Frans Naerebout. Na de lijkkoet sen volgt eerst een groot aantal hoge officieren van Zee- en Landmacht en daarna de geredde bemanningsleden, waaronder opa Jacob de Wijn "Ja, dat ging vroeger zo, zeun", was zijn nuchtere commentaar. Jack Ambriola In het vorige nummer van Levend Verleden eindigde ik mijn bijdrage met de eerste oprispingen van de hor monen in het badhuis van Enklaar. Wij maken even een sprong naar het voorjaar van 1957 toen ik slaagde voor het ULO-examen. Zestien jaar en de wereld ligt voor je open, niet waar? Nou, toch niet helemaal, want Nederland was in een periode van zogeheten 'bestedingsbeperking' te rechtgekomen. Dat betekende dat de overheid een rem zette op de beste dingen en ook het bedrijfsleven ging het kalmer aan doen. Het gevolg was voorspelbaar: een sterk oplopende werkloosheid. Mijn ambitie -een baan in de journalistiek- moest ik dan ook wel even bijstellen. Het werd een baantje bij bakker Wijma, want ja, er moest toch geld verdiend worden. Ik leerde hoe gevulde koeken met een eimengsel ingesmeerd werden voor dat ze in de oven werden geplaatst, maar bezorgde ook talloze taarten en koekjes in Den Helder. Hoogtepunt van een werkdag was met een bak fiets, barstensvol sportkoeken, kano's, tompoezen, spritsen en gevulde koe ken richting de Buitenhaven. Er was altijd wel een schuit die bevoorraad moest worden. Ik werkte er niet lang, een paar maanden denk ik. De Nutsspaarbank aan de Polderweg werd mijn tweede werkgever. Ik her inner me de eindeloze series kaarten waarop spaargeld moest worden bij geschreven. Het waren lieve mensen die er werkten, maar ik voelde mij er niet op m'n plaats. Ik wilde buiten zijn en niet de hele dag in een dergelijk duf kantoor doorbrengen. Het jaar 1958 was nog maar een paar dagen oud toen fotograaf Dick van Loon zijn Renault Dauphin voor onze deur parkeerde. Hij vertelde in een van de laden van zijn bureau een sollicita tiebrief van mij te hebben gevonden. Die had ik in september geschreven en naar diverse fotografen gestuurd. Dit met de gedachte: 'Geen werk bij een krant, dan maar als fotograaf voor een krant gaan werken'. Van een ieder had ik afbericht gekregen, behalve van Dick van Loon. Op 6 januari 1958 begon ik als leerling-fotograaf in het pandje aan de Van Galenstraat. Het werd een harde, keiharde leerschool. Maanden lang heb ik in de donkere kamer (doka) doorgebracht waar twee meisjes amateur-foto's ontwikkelden De toenmalige Nutsspaarbank aan de Polderweg. 102

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2009 | | pagina 16