Maar na een tijdje zei mijn oom: "Cor, we gaan verder". Niet omdat het ons verveelde, maar het lawaai was niet te harden en ook het stof als resultaat van al die bedrijvigheid maakte langer rondhangen ongewenst. We keerden ons om om onze fietsen te pakken toen oom Jan plotseling zei: "Kijk nou eens!" en hij wees naar de kluft om de hoek. Een tandem met twee meisjes of jon gedames was net de kluft opgeploe- terd, rondde de hoek bij het Instituut en reed de Havenweg op. Alle belang stelling voor de Sumatra was plotse ling verdwenen en volledig gericht op die rijk gedecoreerde tandem... en volledig terecht. Of het woord sexbom toen al bestond weet ik niet, maar het waren twee echte 'stukken'! Vast geen bekenden, want Den Helder mocht toen al geen dorp meer geweest zijn, iedereen was wel een beetje op de hoogte van het Helderse arsenaal aan mooie meisjes en vrouwen. Mogelijk logees van iemand of badgasten en zo zagen ze er ook uit. Kennelijk een tweeling, met mooi blond haar en beiden in hetzelfde rode strandpakje, want meer was het niet. Bruine blote armen, lange ge bruinde benen onder een shorter dan shorte short. De Sumatra was com pleet vergeten. Omdat iedereen dacht dat ze gewoon voorbij zouden fietsen, was de ver bazing groot, toen ze hun aandacht op het schip vestigden, stopten en afstapten en hun tandem heel kordaat en gericht tussen onze fietsen stalden. De verbazing werd nog groter toen ze zonder aarzelen en alsof het een gepland bezoek leek, op hoge hakken en heupwiegend naar beneden naar de steiger liepen en de loopplank naar het schip begonnen op te klauteren, zonder zich iets van het stof en het helse lawaai aan te trekken. Op dat moment keek een van de ge concentreerd bezig zijnde werkers toevallig omlaag, zag de twee snoepjes op de loopplank stuntelen, legde zijn gereedschap neer, stootte zijn maat aan en hing meteen over zijn bak boordreling. Zijn maat gaf het sein door aan de volgende en binnen een halve minuut had iedere werker zijn gereedschap uitgeschakeld of neerge legd en veranderde het lawaai-inferno plotseling in een haast onwezenlijke stilte. De hele meute was ineens druk bezig zich, elk op zijn plek, zoveel mogelijk naar bakboord te begeven, over de re lingen te hangen en ook de matrozen, die nog aan boord en aan dek waren en de boodschap snel mee hadden gekregen, hingen over de bakboordre ling om maar niets van het schouw spel te hoeven missen. En de doodse stilte na het oorverdovende lawaai werd al heel snel verbroken door een concert van gefluit en opmerkingen die we wel niet konden verstaan, maar die wel voor zichzelf spraken. We waren ons beiden heel sterk be wust van het hilarische en komische van de situatie en plotseling zei oom Jan: "Kijk, kijk, hij komt helemaal schuin te liggen!" En inderdaad, heel statig zagen we de Sumatra een heel aantal graden langzaam naar bakboord over hellen tot hij zijn nieuwe eenzijdige balans gevonden had. De twee dametjes hadden inmid dels het scheepseinde van de loop plank bereikt en werden daar prompt opgevangen door de bootsman of officier van de wacht of wie dat ook geweest mag zijn. Of ze het idee had den, dat ze door hun verschijning wel de kans zouden krijgen het schip te mogen bezoeken, weet ik niet, maar ze kwamen logischerwijs niet verder. Wel zagen we dat er bij de reling een geanimeerde discussie ontstond en dat er kennelijk nog een officier werd bijgehaald en dat alles vond plaats onder de ogen en verbale begeleiding van een talrijk en meer dan geïnteres seerd en enthousiast publiek. Het resultaat was tenslotte als ver wacht. De beide sexy dametjes strom pelden teleurgesteld, maar kennelijk niet geïntimideerd de loopplank weer af, trippelden omhoog naar hun tan dem en, na weer opgestapt te zijn, peddelden ze verder langs de haven. Na deze welkome afleiding begonnen alle werkers zich weer naar hun be treffende plaatsen te begeven, namen kwast en gereedschap weer ter hand en met het opnieuw opgestarte gerof fel van de persluchtapparaten was de toestand heel snel weer als vanouds. En terwijl iedereen bezig was zijn oude plaats weer in te nemen zagen we de Sumatra weer plechtig en statig terugzwaaien naar zijn rechte positie! Ook wij zetten onze fietstocht weer voort, nu met een mooi verhaal voor thuis. Dat de Sumatrabeurt een haast klus onder grote pressie was werd een paar dagen later bevestigd toen we er weer heen reden om te kijken hoe ver het er mee was. De steiger was leeg, de Sumatra was verdwenen en hoewel we dat op dat moment nog niet wis ten was het echt de laatste keer dat wij en ieder ander uit Den Helder hem gezien hadden. Naschrift: Hoewel ik mijn hoofd er nu niet meer onder durf te verwedden was het in mijn herinnering de Sumatra en niet de Java. Die bevond zich toen waar schijnlijk al in de Oost en zou ten onder gaan in de slag in de Javazee en de Sumatra is, meen ik, slachtoffer geworden bij een of andere landing. Meer op de marine gerichte enthou siastelingen zullen er wel alles van af weten en tegenwoordig hebben we internet om hiaten in onze herinne ring op te vullen. C.F. Kooger, Purmerend 108

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2009 | | pagina 14