De Helderse kermis tot 1939
Het houden van kermis dateert uit de
15e en 16e eeuw. Het is van oorsprong
een jaarmarkt ter gelegenheid van de
wijdingsdag van de patroonheilige.
Kermis is dan ook een verbastering
van kerkmis of kerke-misse. Op die
dag kwamen de inwoners bijeen om
de patroonheilige te vereren en om
zich te vermaken. Het bood voor
kooplieden, artiesten en muzikanten
een prima gelegenheid om goede
zaken te doen. Zo ontstonden in de
steden en dorpen de kermissen. De
Helderse jaarmarkt - kermis wordt al
heel lang in de eerste juliweek gehou
den, al meer dan tweehonderd jaar en
zeer waarschijnlijk al veel langer.
Jaarmarkt
Ooit was de jaarmarkt een serieuze
zaak met daarbij wat ontspanning.
Voor de jaarmarkt mochten alleen
kooplieden en neringdoenden van
naam zich bij de marktmeester aan
melden waarna een loting bepaalde
wie een standplaats kreeg. Het was
vroeger de gewoonte dat een deel van
het staangeld van de marktkramen
voor de armen bestemd was.
In 1802 was Pieter Strooker markt
meester, de jaarmarkt werd gehouden
"aan de zuijdzijde van de Nieuwe
Brakke"; hiermee wordt waarschijn
lijk bedoeld nabij de voormalige
kazerne in de Jacob van Heems-
kerckstraat. De berekening van het
staangeld van een marktkraam ging
per oppervlak, in voet gerekend.
Voor kleine stalletjes, tafeltjes en
kruiwagens was een lager tarief. Als
de jaarmarkt niet doorging werd
dat vermeld in de Amsterdamsche
Courant, zoals in mei 1805. Het jaar
daarop was er weer een jaarmarkt en
Kinderplezier op de Helderse kermis nabij het Helden der Zeeplein.
nu "Van het Schoolsteegje te begin
nen en is bij lot bepaald dat het open
der kramen dit jaar zullen staan na
de oostkant en gevolglijk een naast
komende jaar kermis na 't westen".
Van de 58 kramen kwamen er in het
jaar 1826 ongeveer 30 uit Den Helder
en omstreken. De overige marktkoop
lieden kwamen uit geheel Noord-
Holland. Zo stonden er dat jaar onder
andere kramen met galanterie, kant,
schoenen, brood, banket en koek, een
goudsmid, paraplu's, een ijzerkoper,
broeken, noten en amandelen, een
visdrager, een schoenmaker, een
wafelbakker en een vleeshouwer. Als
attractie stond in 1828 een kabinet
van wassen beelden in een tent in de
Langestraat in de Ouwe Helder. In die
periode werden ook toneelstukjes,
tragedies en kluchten uitgevoerd,
zoals het 'Turfschip van Breda', dat
werd opgevoerd door zo'n twintig
toneelspelers. Het gezelschap trad
op in een schouwtent of huurde een
theatergebouw in Den Helder, zoals
Tivoli aan de Loodsgracht ter hoogte
van de Hoogstraat.
Kermis
Vanaf de jaren 1830 begon de kermis
een belangrijke plaats op de jaarmarkt
te krijgen. Het is bekend dat de ker
mis na de opening van het Helders
Kanaal (1829) voornamelijk aan de
Kanaalweg stond. In die periode be
stond het uit een toneelgezelschap,
acrobaten, paardendressuur, koord
dansers en zelfs operazangers met een
orkest. De plaatselijke banketbakkers
en confituriers verkochten dan hun
kermisijs als; 'ijs punch a la Romaine'.
57