Het zgn. Kledingmagazijn in de
voormalige Marechausseekazerne in de
facob van Heemskerckstraat (beeldbank
HHV)
interessante dingen te vinden. Dat
liep van pistoolmunitie tot aan allerlei
huisraad en kookgerei, dat door de
bewoners was achtergelaten. Het is
dan ook een wonder dat er nooit ern
stige ongelukken zijn gebeurd.
Weer naar school
Toen we enkele maanden in Den
Helder terug waren begon het nor
male leven zijn loop weer te krijgen.
De scholen gingen weer open en ik
werd toen we nog bij mijn grootou
ders woonden ingeschreven op de
school van 'meester' Kramer aan de
Parallelweg (bij Nieuwediepers beter
bekend als de Prelleweg). Ik kwam in
de tweede klas terecht bij meneer Van
der Leek. Overigens duurde dit maar
kort, omdat de tweede klas na twee of
drie maanden overging naar de derde
en ook ik, weliswaar voorwaardelijk,
bevorderd zou worden. Wat niet zo
vreemd was wanneer je bedenkt dat
ik de laatste maanden in Oosterwolde
geen les had gehad in de eerste klas en
het voor mij dus een soort hink-stap-
sprong zou zijn geworden.
Gelukkig was mijn moeder zo wijs
om te zeggen dat ik de tweede klas
maar beter over kon doen. En zo
geschiedde. Ik kwam in de nieuwe
tweede klas terecht bij juffrouw Moor.
Samen met onder andere mijn (hui
dige) levensgezellin en nog een stuk
of dertig anderen. Wat ik me hier nog
het beste van kan herinneren is, dat
er een meisje in de klas zat (Anneke
Petter?) dat erg leuk kon zingen. Juf
frouw Moor was daar kennelijk ook
van overtuigd, want ze moest dan
ook regelmatig het bekende lied van
Catharina van Renesse, 'Er schom
melt een wiegje in 't bloeiende hout',
zingen.
In die tijd kende men nog het fe
nomeen 'opleidingsscholen'. De
school van meneer Kramer was zo'n
opleidingsschool. In de hogere klas
sen behoorde daar zelfs Frans tot de
reguliere leerstof (meester Kramer
had de lagere akte Frans). Het pro
gramma van deze opleidingsscholen
was er in het algemeen op gericht dat
de kinderen na 6 jaar klaar waren
om door te stromen naar (M)Ulo,
HBS of Lyceum. Achter de school aan
de Parallelweg was de zogenaamde
'achterschool', een school waar een en
ander in een wat langzamer tempo
werd doorgewerkt. Door de leerlin
gen van de voorschool werden zij dan
ook gezien als een soort dombo's die
het snelle systeem niet aan konden.
De leerlingen van de voorschool ston
den bij hun tegenvoeters natuurlijk
bekend als 'leerpikkies' en er brak dan
ook zo nu en dan wel eens een hand
gemeen uit tussen delen van de beide
schoolbevolkingen.
Tegen de tijd dat ik ten tweede male
het eind van de tweede klas bereikt
had kregen we het huis aan de Ko
ningsweg en werd ik ingeschreven
bij school 8 aan de Herzogstraat, met
meneer Muts aan het hoofd. Hier
kwam ik in derde klas terecht tussen
de leerlingen waar ik de rest van de
Links, aan de
Parallelweg, de
voorgevel met
de ingang van
de Voorschool,
rechts, in de 2e
Goverdwarstraat,
de Achterschool.
Foto genomen
vanaf de
Parallelweg
(beeldbank HHV)
lagere schooltijd mee heb doorge
bracht. Een aantal namen kan ik me
nog wel herinneren, onder andere
Mijndert Tienstra die overigens later
naar het midden van het land is ver
huisd, Freek Smit, Thijs Teunissen,
Jan Wittenberg, (beide laatstgenoem
den verdwenen al snel weer uit het
zicht), Anneke Riemers van de aan
nemer in de Krugerstraat - ze is later
getrouwd met Paul de Dreu die lange
8