Op de grens van Pilo en Vogelbuurt (2)
RIJDT MET DE NSB
VOOR EEN NIEUW EUROPA
Tijdens mijn kwajongensjaren werd
de orde in de stad Den Helder ge
handhaafd door een aantal politie
agenten waarvan de meesten zich
voortbewogen op statige herenrijwie
len, maar ook was daar de door ons
zo gevreesde "kattebrik" een motor
met zijspan met daarin twee agenten
die vooral met Luilak zeer actief wa
ren. Als je het al te bont had gemaakt
moest je mee naar het bureau op de
Kerkgracht en, na het schrijven van
een aantal strafregels, mocht de jeug
dige delinquent dan weer huiswaarts
keren. En dan maar hopen dat je ou
ders er niet achter kwamen.
Een van de agenten waarvoor we, ook
door zijn reusachtig postuur en grote
grijze snor, toch wel groot ontzag
hadden was H. van Laar bijgenaamd
Koning Boko. Je haalde het echt niet
in je hoofd om in het Timorpark te
fietsen als hij in de buurt was.
In de vijfiger jaren van de vorige
eeuw, toen er tussen de H.A Lo-
rentzstraat en de Sluisdijkstraat nog
een spoorwegovergang was en het
personeel van de Rijkswerf tussen de
middag naar huis ging om het mid
dagmaal te gebruiken, werd het ver
keer nabij de spoorbomen geregeld
door een motoragent. Vaak was dat
de agent Kuiter die vooral opviel door
zijn lengte en daarom dan ook door
ons Lange Kuiter werd genoemd.
Vanaf een ton, die elke middag op zijn
plaats werd gerold, werd het verkeer
door de met zijn armen zwaaiende
agent geregeld. Op een dag midden
in de winter kwam tengevolge van
de spekgladde sneeuwlaag de agent
Kuiter ten val, hetgeen onder de met
ongeduld wachtende wervianen grote
hilariteit veroorzaakte.
Het kruispunt Ruyghweg-Sluisdijkstraat-Parallelweg met op de achtergrond de
spoorwegovergang (beeldbank HHV).
Natuurlijk was er in je jonge jaren
wel eens een meisje in de buurt dat je
bijzonder aardig vond en je 'ging' dan
met dat meisje als de genegenheid
tenminste wederzijds was. Er waren
nog al wat wisselende contacten,
maar er was een meisje in de buurt
dat beslist niet voor die bijzondere
vriendschap in aanmerking kwam.
Niet alleen omdat ze nogal dik en
onaantrekkelijk was, maar vooral
omdat ze lid was van de Jeugdstorm,
de jeugdafdeling van de, door vrijwel
iedere burger van Den Helder verfoei
de, organisatie NSB. De Jeugdstorm
had een onderkomen in de voorma
lige pastorie aan de Westgracht en
de leden ervan tooiden zich met een
uniform waarvan de zogenaamde
karpoets, een astrakan muts met
oranje voering, een belangrijk onder
deel uitmaakte.
Niet ver van dit Jeugdstorm-nest,
op de hoek van de Westgracht en de
Keizerstraat (het huis van Oortgij-
Een van de vermelde NSB-affiches
(beeldbank HHV).
93